Project gestart met scholen die bouwen aan een inspirerende leesomgeving
In het Brusselse Art Basics for Children vond op 3 mei de startdag plaats van het traject ‘Maak van je school een inspirerende leesomgeving’. Deelnemers kregen inspiratie om leesmotivatie te stimuleren, doken zelf in het recente kinderboekenaanbod en reflecteerden samen over hoe je een gevarieerde boekencollectie op maat van je klas of school kan samenstellen.
In opdracht en met de steun van de minister van onderwijs verspreidde Iedereen Leest in maart een oproep voor het traject ‘Maak van je school een inspirerende leesomgeving’. Dit traject zet een inspirerende leesomgeving als belangrijke bouwsteen in de kijker om de leesmotivatie van en het leesplezier bij leerlingen te stimuleren. Meer dan 200 basisscholen stelden zich kandidaat. Hieruit selecteerde de jury 20 scholen die op 3 mei bijeenkwamen in Art Basics for Children – een locatie die op zich een inspirerende leesomgeving is.
Motiveer met ABC
Professor Hilde Van Keer (UGent) beet de spits af en benadrukte het belang van leesplezier en leesmotivatie. Beide hebben een sterk effect op het leesgedrag van een kind, wat dan weer een positieve impact heeft op de leesvaardigheid van leerlingen. Als kinderen lezen plezierig en zinvol vinden, zijn ze gemotiveerder en dat leidt tot een hogere betrokkenheid bij het lezen. Leesplezier is dus een hefboom om tot motivatie, cognitie en leerprestaties te komen.
Kinderen verplichten om te lezen heeft een averechts effect. Wie autonoom gemotiveerd is, en dus leest uit interesse of voor plezier, zal nauwer betrokken zijn bij het leesproces en een betere begrijpende leesvaardigheid ontwikkelen. ‘Moeten lezen’ leidt tot slechtere leesvaardigheid, want kinderen doen bij deze verplichting geen moeite om in de tekst te kruipen.
Hoe stimuleer je als leerkracht die autonome leesmotivatie? Alvast niet door kinderen meer ‘leeskilometers’ te laten afleggen: hen meer laten lezen heeft geen enkele invloed op hun engagement of leesbegrip. Een handige kapstok om aan motivatie te werken is het ABC van de zelfdeterminatietheorie:
- Autonomie: leerlingen verwerven zelfstandigheid en hebben het gevoel dat ze keuzes kunnen maken, door bijvoorbeeld bewust te kiezen welk boek ze willen lezen. Als leerkracht kan je de interesses van je leerlingen koppelen aan boeken die hierop inspelen.
- VerBondenheid: leerlingen moeten het gevoel hebben dat ze erbij horen, dat er een positieve sfeer is in de klas. De leerkracht kan hier als rolmodel optreden door zelf te lezen bij het vrij-lezen moment of door leerlingen te inspireren met leestips.
- Competentie: wie zich competent voelt, zal geen onzekerheid ervaren om op zichzelf (autonoom) te gaan lezen. Via constructieve feedback op maat van de leerling – want elk kind heeft een eigen leesritme en boekenkeuze – ondersteunt de leerkracht de leerling hierin.
“Kinderen verplichten om te lezen heeft een averechts effect. Wie autonoom gemotiveerd is, en dus leest uit interesse of voor plezier, zal nauwer betrokken zijn bij het leesproces en een betere begrijpende leesvaardigheid ontwikkelen.”
Van Keer vertaalt het ABC-recept verder met volgende tips voor autonome leesmotivatie:
- Geef kinderen tijd en ruimte om te lezen;
- Voorzie tijd voor vrij lezen voor iedereen, niet enkel voor de leerlingen die klaar zijn met een taak (lezen is geen middel om punten te verdienen);
- Ga op zoek naar wat er leeft bij de kinderen en voed hun interesses;
- Sta model, toon dat je zelf informatie uit teksten haalt;
- Zorg voor kwaliteitsvolle interacties tussen leerlingen, laat hen in gesprek gaan over boeken en over wat ze lezen;
- Bied verschillende genres aan, lezen op papier en digitaal lezen;
- Maak boeken zichtbaar aanwezig in de klas en op school;
- Toon jouw favoriete boeken en spreek erover;
- Niet elk kind kan uit zichzelf het juiste boek vinden;
- Autonome leesmotivatie vertrekt niet alleen uit een passie, maar is ook lezen om er iets (kennis, verbeelding, fantasie…) uit te halen voor jezelf.
De ruimte als leerkracht
Gerhard Jäger van Art Basics for Children startte zijn lezing met het concept van de ruimte als leerkracht: een inspirerende omgeving stimuleert de leer- en leesontwikkeling van kinderen. ‘There are three teachers of children: adults, other children and their physical environment’, citeerde hij Loris Malaguzzi. Een met zorg ingerichte klas- en schoolomgeving kan dus bijdragen aan betere esthetische ontwikkeling en leerprestaties. Boeken zichtbaar maken inspireert leerlingen. In Art Basics for Children zijn de ateliers en andere ruimtes rond boeken gebouwd – de ontwerpen van die hoeken en gebruikte materialen zijn online raadpleegbaar. ‘De ruimte als leerkracht’ gaat weliswaar verder dan enkel het ontwerpen van een ruimte: het gaat over het proces, over hoe je – samen met je leerlingen – droomt over en bouwt aan een ideale school- en klasomgeving.
Ruimtes zetten ook aan tot informeel leren: net zoals in een bibliotheek of in een museum kan een school hier werk van maken, alleen of met een partner. Zo installeerde de bib van Brasschaat vier grote tafels waar leerlingen tijdens schoolbezoeken per tafel een ander talent kunnen ontdekken. Maar een school kan ook zelf aan de slag: in plaats van leerlingen aan tafel een boek te laten lezen, zou een knusse leesplek zoals een tentje met kussen (en zaklamp om het spannend te houden) veel meer positieve, enthousiasmerende prikkels kunnen doorgeven. Ook werken met Kamishibai-vertelplaten draagt bij tot een inspirerende leesomgeving.
Een gevarieerd boekenaanbod samenstellen
Iedereen Leest-medewerkers Eva Devos en Margot Van Dingenen richtten hun pijlen op het recente boekenaanbod. Samen met de deelnemers werd nagedacht over welke criteria zij belangrijk vonden om een boekencollectie samen te stellen. Variatie in genre, thema, leeftijd en talen kwamen al snel naar boven. Een meertalige collectie samenstellen lijkt op eerste zicht niet altijd evident, maar er zijn verschillende kanalen voorhanden om boeken in andere talen aan te kopen. Andere criteria voor de boekencollectie zijn bijvoorbeeld aansluiten op de interesses van de leerlingen, een goede mix tussen fictie en non-fictie, bekroonde boeken zoals deze uit de Kinder- en Jeugdjury, luisterboeken, prentenboeken, poëzie …
Betrek ook de leerlingen bij het samenstellen van een collectie. Vraag naar hun interesses – zo werk je meteen aan de autonomie en de verbondenheid uit de zelfdeterminatietheorie – of stel de leerlingenraad de vraag wat ze graag zouden veranderen op school om graag te lezen. De lokale bibliotheek kan je wellicht informeren over de meest uitgeleende titels onder kinderen en jongeren. Ook met het schoolteam kan je brainstormen over de boekencollectie: welke boeken staan misschien al iets te lang op de planken? Weerspiegelt het aanbod de diversiteit van onze school? Zijn er voldoende informatieve boeken? Denk samen na over de relevante criteria voor jouw school.
Auteurslezingen
De startdag werd afgesloten met een auteurslezing van auteur Laïla Koubaa. Auteurs of illustratoren in de klas laten vertellen over hun werk, met de kinderen creatief aan de slag gaan en samen praten over boeken dragen ook bij tot een inspirerende leesomgeving. Samen met de leerlingen kan je zo’n bezoek voorbereiden. De ontmoeting tussen kinderen en auteurs kan een blijvende indruk hebben op kinderen. Honderden jeugdauteurs en illustratoren zijn te boeken via auteurslezingen.be. Als school kan je genieten van een financiële ondersteuning van het Vlaams Fonds voor de Letteren. Ook auteursresidenties, waarbij auteurs gedurende een langere periode met de leerlingen werken, behoren tot de mogelijkheden.
Na de startdag
Gevoed en geïnspireerd zetten de 20 scholen in dit traject hun volgende stappen om te bouwen aan een inspirerende leesomgeving. Ze werken aan de samenstelling van een gevarieerde boekencollectie op hun school en gaan na op welke manieren boeken een actievere rol kunnen vervullen op school en in de klas. Ze denken na over de inrichting van hun boekenhoeken en – presentatie. Iedereen Leest begeleidt de scholen in dit traject dat loopt tot januari, met een afsluitende dag. Nadien worden opgedane inzichten en praktijkvoorbeelden gedeeld met andere scholen. Deelnemende scholen krijgen ook nog verdere inspiratie tijdens het ‘Netwerk Lezen op School’, een initiatief van CANON Cultuurcel in samenwerking met Iedereen Leest.
Lees ook
Deel dit artikel: