In het atelier van Françoise Beck

Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij. Deze keer: op bezoek bij illustrator Françoise Beck in Berchem.

door Katrien Steyaert | foto's: Michiel Devijver
© Michiel Devijver | Iedereen Leest

Huiselijk

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Deze zomer gaan mijn vriend, mijn dochtertje en ik weer naar Zweden, naar een van die prachtige hutjes op het rustige platteland, ingericht met eenvoudige, maar authentieke meubels. Het eerste wat ik op zo’n reisbestemming altijd doe, is een hoekje maken waar ik mijn schetsboek en andere tekenspullen leg. Dan pas ben ik geïnstalleerd. Die huiselijke gezelligheid heb ik hier ook nodig om goed te kunnen werken. Gelukkig komt die sfeer in mijn atelier bijna vanzelf, want in dit appartementje heb ik tot twee jaar geleden gewoond. Het is maar vijftig vierkante meter groot, maar dat was genoeg voor Hans, poes Bes en ik.’

Eigen druktechniek

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Op dit eettafeltje maakte ik mijn hele eerste boek. Daaraan gaat altijd veel schetswerk vooraf, maar eens ik de juiste figuur en houdingen vind, knip ik ze uit papier, rol ze in met drukinkt en druk ze op een nieuw vel. Het is mijn vorm van hoogdruk, net zoals ik mijn versie van monotype heb. Dan arceer ik een potloodtekening zodat die doordrukt op een ingeïnkt vlak eronder en ik achterop de tekening een lichtjes onvoorspelbaar resultaat krijg. Dat combineert mooi met de strakke, geknipte vormen, en de korrelige textuur van de kleur- en pastelpotloden die ik er dan aan toevoeg. Alleen assembleren doe ik in Photoshop.’

Geen fout

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Durven loslaten: daar gaat het om, ook als ik schilder. De compositie moet precies kloppen en tegelijk let ik erop dat ik de dingen niet platwerk. Daarom laat ik ook de sporen van iets wat ik overschilderde staan. Vroeger niet. Dan had ik de neiging dat als een fout te zien en dus weg te werken, maar nu vind ik het een deel van mijn beeld, dat zelfs leven toevoegt. Schilderen moet ook spontaan gaan: ik vind een kleur of vorm interessant, en tsjoek, ik zet het erop. Daarna ga ik terug naar het tekenproject waarmee ik bezig was, en vaak zet ik pas dagen later een nieuw element op het doek. Zo doe ik voort tot ik een evenwicht vind.’

“Durven loslaten: daar gaat het om, ook als ik schilder. De compositie moet precies kloppen en tegelijk let ik erop dat ik de dingen niet platwerk.”

Grootmoeder

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Het grappige is dat ik als mens totaal niet zo impulsief ben. Ik kan zelfs lang piekeren voor ik iets beslis, maar in mijn tekenen ben ik dus heel direct. Misschien omdat het mijn veilige speelzone is? Ik heb de lichtheid van mijn beelden ook nodig, als tegengewicht voor een zwaarte die in mij zit. Daarom hang ik mijn doeken aan mijn eigen muren op: ik word er vrolijk van. Zelfs het grote witte werk boven de schouw hier, dat emotioneel is omdat ik het maakte kort na de dood van mijn grootmoeder, geeft me een gevoel van vrijheid. Boekillustraties bekijk ik kritischer, want die zijn in opdracht en moeten een publiek bereiken.’

Fiep & Dick

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘In vergelijking met schilderen vind ik boeken maken best stevig. Het allermoeilijkste is ervoor zorgen dat de beelden een continuïteit hebben en de pagina’s stap voor stap uitzuiveren. Want vaak begin ik met heel veel op het blad, terwijl mijn ideaal dat van Fiep Westendorp en Dick Bruna is: met heel weinig heel sterke beelden maken. Vaak krijg ik te horen: “Je laat nog zoveel open”, en inderdaad, die ruimte wil ik de kijker bieden. Daarom gebruikte ik in mijn laatste boek, Ik blijf als het mag, zelfs helemaal geen achtergronden meer, waardoor je bijvoorbeeld ziet hoe de wind opsteekt en die bijna een personage wordt.’

Erop los associëren

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Tijdens de laatste schrijfworkshop die ik volgde, amuseerde ik mij te pletter. We kregen de opdracht om een personage samen te zetten met een willekeurig voorwerp en zo een verhaal te bouwen. Mijn fantasie, waarin ik als kind al heel vaak verdween, mocht alle kanten op gaan, en dat wil ik vasthouden. Via zulke toevallige associaties ontstaat nu ook mijn volgende boek: over een molletje dat bijvoorbeeld met iets concreets als een theekop en iets abstracts als een driehoek een boot bouwt. Ik teken graag zulke objecten, weer vanwege die lichtheid en huiselijkheid. Soms verzin ik ze, soms komen ze uit mijn bestaande verzamelingen.’

“Het grappige is dat ik als mens totaal niet zo impulsief ben. Ik kan zelfs lang piekeren voor ik iets beslis, maar in mijn tekenen ben ik dus heel direct.”

Vier hoog

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik ben extreem gelukkig als ik op reis mooie, handgemaakte spullen vind zoals dit Noorse tapijt en deze Franse spijlenstoel, die mijn mama restaureerde. Ik zet alles wel bedachtzaam neer, want in chaos kan ik niet werken. Al creërend wordt het natuurlijk een puinhoop en ligt de vloer vol met papieren, maar op het einde van de dag ruim ik alles op. Ik ben snel overprikkeld en afgeleid. Daarom werkte het ook niet toen ik een paar jaar geleden een gedeeld atelier uitprobeerde. Op een andere plek was het dan weer te donker. Hier op de vierde verdieping stroomt het licht gelukkig binnen; daarom heb ik deze plek ook gekozen.’

Bijzonder onderwijs

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik hou van het gevoel dat iedereen op straat rondrent terwijl ik me in mijn atelier mag terugtrekken. Sociaal contact heb ik genoeg met vriendinnen, familie en collega’s. Ik geef les in een grafische opleiding in het bijzonder onderwijs – heel leuk, altijd verrassend. Dankzij die deeltijdse job vond ik eindelijk rust, want toen ik nog volledig freelance vormgever was, onder andere voor BRONKS jeugdtheater, holde ik van deadline naar deadline, met als resultaat een programmaboekje, affiche of flyer – veel vluchtiger dus dan boeken. Nu heb ik een vast inkomen en tegelijk hou ik twee dagen per week over om mijn creatieve ding te doen.’

Het belang van niksen

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Onlangs voelde ik me zó schuldig: ik had op zo’n ‘tekendag’ zitten aanmodderen terwijl ik Josephine wel naar de crèche had gebracht. Toch is niksen belangrijk, want dan komen de ideeën. Ik heb sowieso genoeg mentale ruimte nodig. Voor mijn eerste boek bedacht ik nog illustraties bij een bestaande tekst, maar dat was nefast voor mijn creativiteit. Sindsdien komt het concept van mij en zijn alle beelden klaar voor Herman van de Wijdeven er tekst bij schrijft. Het is een traag proces, maar daar heb ik me bij neergelegd. Ik wil wel nog beter worden in feedback van mijn uitgever verwerken, daarin meer mijn eigen keuzes maken.’

“Vroeger wilde ik zangeres of actrice worden, maar daarvoor ben ik te introvert. Tekenen en schilderen past veel beter bij mij: ik moet niet op de voorgrond, maar kan wel iets van mijn ideeën in deze wereld achterlaten.”

Immoweb-verslaafd

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Om fris te blijven heb ik afwisseling nodig. Mijn vriend is al net zo’n pingponger. Zo wil hij nu een breimachine kopen. Samen volgden we een cursus pottendraaien, en ook onze Immoweb-verslaving delen we.’ (lacht) ‘Ik haal veel inspiratie uit architectuur en interieurs, bijvoorbeeld van ontwerper Dries Otten. Hij combineert eenvoud met gedurfde kleuren, wat ik zelf het liefst doe. Vroeger wilde ik zangeres of actrice worden, maar daarvoor ben ik te introvert. Tekenen en schilderen past veel beter bij mij: ik moet niet op de voorgrond, maar kan wel iets van mijn ideeën in deze wereld achterlaten. Of klink ik nu weer te zwaar?’



Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest