In het atelier van Charlotte Dumortier

Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij. Deze keer: op bezoek bij illustrator Charlotte Dumortier in Antwerpen.

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Samen aan tafel

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Misschien ben ik de voorbije dertien jaar te vaak in het rood gegaan, maar ik kan niet meer fulltime werken. Ik snap dus niet hoe de meeste creatievelingen met wie ik dit huis deel, na hun day job nog hiernaartoe komen of dat ze alleen bij de lunch pauzeren. Ik vind dat heel weinig.’ (lacht) ‘De reden dat ik hier zeker altijd vóór de middag arriveer, is omdat ik denk: yes, straks samen aan tafel! We hebben het dan echt over van alles: van de school van de kinderen tot filosofische podcasts. Ik heb de laatste tijd echt gesnapt: dat soort gesprekken verrijken mij het meest, en in onze maatschappij wordt efficiëntie te hard geprezen.’

Onai

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Tot januari las ik een opdrachtenstop in en geef ik voorrang aan plezante dingen, zoals jeansjasjes beschilderen voor Onai, mijn metekind. Hij is het zoontje van mijn beste vriendin en collega-illustrator Shamisa Debroey, en is zó cute! Ik wil ook een nieuwe adem in vrij werk vinden. Dat is wat je moet uitdragen, vind ik, want dan word je gevraagd voor wat echt bij je past. Zo vonden een Amerikaanse broer en zus me om voor hen het kortverhaal The Orange te illustreren; het werd mijn eerste prentenboek. Ik zette ook ooit een aap op Pinterest, heel spontaan, in een nachtelijke haze, en die blijft verkopen en deuren openen.’

“Dankzij vrij werk word je gevraagd voor wat echt bij je past. Zo vonden een Amerikaanse broer en zus me om voor hen het kortverhaal "The Orange" te illustreren; het werd mijn eerste prentenboek.”

Cheesy but beautiful

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Ik wil wel eerlijk zeggen dat ik een minder zware afbetaling heb, maar niet om een leuke reden: ik erfde van mijn mama, die stierf toen ik dertien was. Heel lang wou ik daar niet over praten, ik wou gewoon normaal zijn. Pas kort voor corona heb ik een hoop verwerkt en sindsdien apprecieer ik schoonheid nog harder, denk ik. Het klinkt cheesy, maar ik wil graag de wereld mooier maken, bijvoorbeeld door de juiste verhalen te illustreren. Een opdracht voor een bedrijf als Ineos (producent van petrochemicaliën, red.) zou ik sowieso afwijzen; ecologie is te belangrijk voor mij. Onlangs steunde ik door risoposters te verkopen ook Palestijnse goede doelen.’

Libanese vrienden

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘De oorlog komt extra dichtbij omdat ik Libanese vrienden heb, van wie de geboortedorpen nu ook aangevallen zijn. Met een van hen, Noémi, hebben mijn lief en ik lang gepraat toen we onlangs bij haar logeerden in Parijs. Daar zagen we in Centre Pompidou de waanzinnig goede expo’s over het surrealisme en over het beeldverhaal, met onder andere werk van Brecht Evens. Die hoorde ik ooit het advies geven: “Gebruik alle soorten lijnen in je beelden: ruwe, strakke, losse, dikke.” Dat is me bijgebleven. Ik werk nog altijd het liefst met een combinatie van fijne Muji-stiftjes of mechanische 0.5-potloden, dikke potloden en gouache.’

“Brecht Evens hoorde ik ooit het advies geven: 'Gebruik alle soorten lijnen in je beelden: ruwe, strakke, losse, dikke.' Dat is me bijgebleven.”

Sprookjes

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Zowel de boeken die ik maar blijf kopen als de beelden die ik zelf ontwerp, hebben een beperkt kleurenpalet. Dat zorgt voor een bepaalde binding, vind ik. Daarom is zeefdrukken en risoprinten ook zo fun: je puzzelt met twee, maximum drie kleuren en uit hun overlap ontstaan verrassende tinten – soms is het bijna magisch. Voor mij moet dat uitvoerende deel van mijn werk spannend genoeg blijven, dus hele dikke boeken illustreren vind ik een uitdaging. Al zou ik het wel cool vinden om ooit een klassiek sprookjesboek te maken. Als kind werd ik daar blij van: dat momentje voor het slapengaan, met fantastische verhalen en tekeningen.’

Anti-perfectionisme

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Maar eerst wil ik tijd nemen voor keramiek – ik volg twee keer per week les en vind het heel rustgevend – en voor mijn nieuwe job. Elke woensdag geef ik Studio Illustratie op Sint Lucas. Ik had niet door hoe veilig een parttime inkomen voelt, of collega’s die altijd klaarstaan. Ze geven me tijd om bij te leren en steunen me zo in mijn anti-perfectionisme. Ik lees daar veel over en zeg nu vaak luidop tegen mezelf: deze schets is goed genoeg, je hoeft de opdrachtgever geen tien voorstellen te doen. Ook iemand als Oli Mould benadrukt in zijn boek Against Creativity dat je niet bedrijven, maar je eigen plezier moet dienen.’

Frederik

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Als opwarming laat ik mijn studenten altijd acht variaties tekenen op iets als: hondje gaat naar de kapper – gewoon zonder veel nadenken, bam! Ik heb eens gelezen dat creëren en oordelen niet tegelijk kan, alsof je een plantje kweekt, maar zo snel bijknipt dat je eindigt met een niet-levend misbaksel. Dat kwam zo hard binnen. Daarom maak ik altijd veel schetsen en vraag ik feedback, bijvoorbeeld aan mijn lief, Frederik Van den Stock, zelf tekenaar. Hoewel ik veertien jaar geleden deels verliefd werd vanwege zijn stijl, verschilt die erg van de mijne. Fre vertrekt vanuit waarneming, terwijl ik graag elementen verzin en op elkaar stapel.’

“Ik heb eens gelezen dat creëren en oordelen niet tegelijk kan, alsof je een plantje kweekt, maar zo snel bijknipt dat je eindigt met een niet-levend misbaksel. Dat kwam zo hard binnen. Daarom maak ik altijd veel schetsen.”

Drink & draw

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Ik begin er eindelijk wat beter in te worden, maar alleen werken vond ik lang enger dan samen. Ik stuur nog altijd graag naar vrienden: “Terrasje? Drink & draw?”. Zonder te veel controle maak ik dan kleine collabs met Shamisa, Jango Jim, Juliane Noll, Wasco. Met die laatste zit ik ook in het team achter het tijdschrift Aline, waarin talenten als Anne Stalinski en Helene Lespagnard experimenteren, vaak met een losheid die ik enkel kan bewonderen. Hetzelfde geldt voor de collages van de Brit Ed Cheverton of de beeldverhalen van de Canadees Michael DeForge. Dankzij Instagram werkte ik ook al samen met risoprinters in Mexico.’

Gênant

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Onze ateliermascotte is Skipper, een keileuk, blind hondje. Vaak is ze wel al weg als ik langer zit door te werken. Ik ben nu eenmaal een avondmens – vanaf drie, vier uur ’s namiddags kom ik in een flow die zeker tot tien uur echt goed blijft – en een deadline hugger. Een deel van mijn brein schakelt dan uit, waardoor ik gewoon vooruitga. Ik moet alleen op tijd remmen voor ik in tunnelvisie beland. Daarom schilder ik nu zo veel mogelijk en pas ik zo weinig mogelijk aan in Photoshop, want dat is oneindig. En om mijn nadenkbrein écht uit te zetten, kijk ik reality-tv of game ik op onze Playstation. Gênant, hè?’ (lacht)

“Ik ben nu eenmaal een avondmens – vanaf drie, vier uur ’s namiddags kom ik in een flow die zeker tot tien uur echt goed blijft – en een deadline hugger. Een deel van mijn brein schakelt dan uit, waardoor ik gewoon vooruitga.”

Porseleinzwammen

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Pas op: ik ga ook graag wandelen. Fre en zijn vrienden kijken dan vogels, ik paddenstoelen. Die zijn zo prachtig breekbaar, constant veranderend ook. Ik ben al helemaal verslaafd aan de app Obsidentify, waardoor ik nu bijvoorbeeld weet wat porseleinzwammen zijn. In mijn vriendenbubbel willen we allemaal een beetje weg van het antropocentrisme, denk ik. Niet toevallig koos ik twee meter hoge bloemen voor de muurtekeningen die ik pas afwerkte voor een Charlerois ziekenhuis. De schaal was zot – ik ontwierp 300 vierkante meter – maar het idee dat ik kankerpatiënten een beetje rust en schoonheid geef, voelt helemaal juist.’



Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest