Voorlezen in kinderdagverblijf De Knuffelboom
Jong geleerd is oud gedaan: dat geldt zeker ook voor voorlezen. In het eerste leesplezier van baby’s en peuters spelen kinderbegeleiders dus een enorm belangrijke rol. Hoe maak je van het kinderdagverblijf een voorleesparadijs? Voor de Voorleesweek (19-27 november) ging Iedereen Leest kijken hoe De Knuffelboom in Gent het aanpakt. Laat je inspireren!
Werken aan geletterdheid en leesplezier begint bij de geboorte. Hoe vroeger je begint met voorlezen, hoe groter de positieve effecten op de woordenschat en taalontwikkeling van een kind. Kinderdagverblijf De Knuffelboom in Gent weet dat als geen ander en volgde daarom de afgelopen maanden het traject ‘Inspirerende leesomgeving in de kinderopvang’, een initiatief van Iedereen Leest en Vormingscentrum Opvoeding en Kinderopvang (VCOK). Het kan immers nooit kwaad om te kijken hoe je nog meer kan inzetten op de voorleesontwikkeling van jonge kinderen.
‘Voorlezen is sowieso altijd aanwezig geweest in De Knuffelboom, maar hoeveel aandacht eraan gegeven wordt hangt af van de begeleider’, vertelt Anne Van Mossevelde, die aangesteld werd als Taalcoach. ‘Ik lees bijvoorbeeld heel graag voor, terwijl andere begeleiders andere sterktes hebben. Het traject hielp om het belang van voorlezen nog eens extra in de kijker te zetten. Want uiteindelijk willen alle kinderbegeleiders wel voorlezen, maar sommigen zijn er gewoon minder vertrouwd mee.’
Leesgrot
Nochtans heeft de Knuffelboom al enkele jaren een gezellige ‘Leesgrot’, waar je met plezier een uur in zou wegduiken. Enkele matten met daarboven een koepel, dikke kussens en natuurlijk een boekenrek maken van de leeshoek een geliefde plek voor vele groepen. ‘Het is een extra ruimte waar we vaak in kleine groepjes naartoe gaan’, zegt Anne. ‘Samen met een begeleider kunnen de kinderen er terecht om een boekje te lezen. Het is een knusse omgeving waar de kinderen volledig tot rust kunnen komen om zich in te leven in het verhaal.’
‘Sommige kindjes hebben die rust nodig en genieten er enorm van om te luisteren of zelf in een boekje te kijken. Voor anderen, die meer van beweging houden, is het soms een uitdaging’, merkt Anne. ‘Dan zoek je naar verhalen waarbij je in interactie kunt gaan, bewegingen en geluiden kunt nadoen…’ Daarom staan er ook geluidsboxen in de leesgrot, die dierengeluiden afspelen als kinderen op de knopjes duwen. ‘Het is heel leuk om de hond uit het boek meteen te horen blaffen, de kip te horen kakelen. Zo kunnen we samen met de kinderen begrippen inoefenen en verbanden leggen.’
Wat ook enthousiaste reacties uitlokt, zijn de verteltasjes die tegen de muur hangen. Daarin zit een boek én de materialen om het verhaal uit te beelden. ‘In het boek Karel gaat naar ziekenhuis valt Karel bijvoorbeeld over een steen, waarna hij naar het ziekenhuis gaat en een verband krijgt’, zegt Anne. ‘In dat tasje steken het personage, een steen, een ziekenwagen, een kartonnen ziekenhuis, een verband en een beterschapskaartje. Zeker voor jonge kinderen helpen die elementen om de aandacht langer vast te houden tijdens het voorlezen.’
Omdat het stimulerend werkt als de boeken zichtbaar en toegankelijk zijn voor de baby's en peuters zelf, is er ook een laag boekenrek in de leesgrot, op ooghoogte van de kinderen. ‘Daarop staat een beperkt aantal boeken, die we regelmatig veranderen en die de kinderen zelf kunnen vastpakken’, zegt Anne. Ze merkt wel dat het moeilijk blijft om in de rest van het kinderdagverblijf genoeg boeken te presenteren waar de kinderen constant aankunnen. ‘In elke groep zijn er boeken aanwezig, maar vaak staan die in een hoog boekenrek. Het vraagt namelijk meer moeite om de boeken toegankelijk te maken voor de kinderen, want dan moeten ze ook leren om er zorg voor te dragen en ze op te ruimen. Daar willen we nog meer op inzetten.’
Lezen tijdens het wachten
Wat soms ook een uitdaging is, is de gemengde leeftijd van de groepen. Baby’s en peuters van 7 weken tot 3 jaar zitten namelijk door elkaar in de groepen. ‘Tijdens het voorlezen is het een oefening om flexibel te zijn en het verwachtingspatroon niet te hoog te leggen’, zegt Anne. ‘Er zijn altijd kindjes die tijdens het hele verhaal aandachtig luisteren en anderen die afhaken of er in het midden bijkomen. Het belangrijkste is dat ze ervan genieten en niet dat ze het verhaal van begin tot einde meevolgen.’ Om de kinderen zo veel mogelijk te betrekken, kiezen de begeleiders de boeken vanuit de leefwereld van het kind, en niet rond vastgelegde thema’s. ‘We kijken vooral naar wat er in de groep leeft. Als er iemand jarig is, grote broer wordt of binnenkort naar school gaat, dan spelen we daarop in met een boek.’
“Als iemand jarig is, grote broer wordt of binnenkort naar school gaat, dan spelen we daarop in met een boek.”
Elke groep in De Knuffelboom heeft drie begeleiders en vaak neemt een begeleider ook enkele kinderen apart om een boek te lezen voor hun leeftijd. ‘Zo wordt er vaak voorgelezen op overgangsmomenten, bijvoorbeeld tijdens het eetmoment wanneer sommige kinderen moeten wachten, terwijl anderen al aan tafel gaan’, zegt Anne. ‘Dat helpt om rust te brengen en de kinderen af te leiden die nog niet aan tafel mogen. Verder zijn er taalcoaches, waaronder ikzelf, en als wij naar een groep gaan, komt voorlezen gegarandeerd aan bod. Ik wissel daarbij graag af tussen een gewoon boek, een spel, een kamishibai-theater… om te tonen dat er op verschillende manieren kan worden voorgelezen.’
Buitenbib
Dankzij die werkgroep rond taal is het kinderdagverblijf dit jaar ook uitgebreid met een buitenbib, waarin kinderboeken geruild kunnen worden. ‘Als leden van de taal werkgroep waren we zelf heel enthousiast, maar je weet nooit hoe zoiets onthaald zal worden. En dat valt immens goed mee’, zegt Anne enthousiast. ‘De kinderen vinden het de max. De kast staat op hun ooghoogte, dus ze kunnen zelf de deurtjes opendoen. Ook ouders lenen en ruilen er boeken. Dat is heel fijn want zo kunnen we thuis aan taalstimulering doen.’
“De kinderen vinden de buitenbib de max. Ook ouders lenen en ruilen er boeken uit.”
Het blijkt bovendien een meerwaarde dat de boekenkast buiten staat. ‘Dat stimuleert om buiten bezig te zijn met boekjes. Als de groepen nu naar buiten gaan, halen ze vaak een boekje om ergens buiten te lezen en achteraf terug te brengen. Daardoor moeten de begeleiders niet meer zelf eraan denken om een boekje mee te brengen, wat toch een drempel was.’
Voorleesplannen
Na die verwezenlijkingen houdt het nog niet op met de voorleesplannen, zeker niet nu de Voorleesweek voor de deur staat. ‘Zoals altijd maken we de ouders weer warm om te komen voorlezen tijdens de Voorleesweek. Ze mogen een boek kiezen uit het aanbod in de groep of er een meebrengen van thuis, in hun eigen taal.’ Om ook de begeleiders een extra duwtje in de rug te geven, kwam er het idee naar boven van een leesbingo. ‘In het traject dat we volgden, hoorden we een ander kinderdagverblijf vertellen over zo’n bingo, wat we heel inspirerend vonden’, zegt Anne. ‘Tijdens de Voorleesweek zullen we de begeleiders dus uitdagen om de bingo met negen activiteiten (o.a. buiten lezen, een boek lezen in een andere taal, op een donkere plek) helemaal af te vinken.’
Tot slot start De Knuffelboom in december een samenwerking met de lokale bib van Nieuw-Gent. Tijdens drie bibliotheekbezoeken kunnen uit elke leefgroep enkele kinderen kennismaken met de bib. ‘Het is een kans om op een andere plek een verhaal voor te lezen en samen boeken te kiezen om ons aanbod te vernieuwen.’ Zo zie je maar: wanneer je een stap zet in de richting van een voorleesparadijs, begint de bal te rollen. Zeker als je ervaringen uitwisselt binnen én buiten het kinderdagverblijf, en samenwerkt voor meer voorleesplezier.
Deel dit artikel: