Praktijk in de kijker: 'Het verhalenatelier' van Adem vzw

Hoe kunnen we het leesplezier van jongeren en volwassenen vergroten? Het is een thema dat veel organisaties aanzet tot creatieve en innovatieve projecten waarmee ze bijdragen aan een brede leescultuur. In deze reeks zoomt Iedereen Leest in op leesbevorderingsinitiatieven die navolging verdienen en die andere organisaties kunnen inspireren om gelijkaardige projecten op te zetten. Deze aflevering: op bezoek bij 'Het verhalenatelier' van Adem vzw.

door Katrien Elen
© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Adem vzw ondersteunt kinderen en volwassenen met een beperking. Dat doet de vzw onder meer via een atelierwerking. Zo kunnen volwassenen met een beperking in dagcentrum 4Hoog in Wijgmaal terecht voor een mix van zinvolle activiteiten, van koken, over creatieve ateliers, tot sport. Een vaste waarde sinds jaar en dag is het verhalenatelier. 'We merken dat werken met verhalen bevorderlijk is voor het taalgebruik van onze cliënten', zegt ortho-agoog Heidelinde Vos. 'Ook op sociaal emotioneel vlak kunnen verhalen ondersteunend zijn. Ze helpen om gevoelens bespreekbaar te maken en het inlevingsvermogen te vergroten. Daarnaast bieden ze een opstapje om bepaalde thema’s aan te kaarten en zijn ze prikkelend voor de fantasie van onze cliënten. En zo zijn er nog tal van voordelen.' Om het verhalenatelier nog meer aan te passen aan de doelgroep, het aanbod te verbreden en het belevingsaspect te vergroten deed Adem vzw beroep op de subsidies voor leesbevordering. 

Alle zintuigen

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Tot nog toe bestond het verhalenatelier uit werken met traditionele prentenboeken of Kamishibai-platen. Verder was de expertise beperkt. Daarom volgde Adem vzw met haar team in eerste instantie een vorming Multi-Sensory Story Telling (MSST, een interactieve manier van voorlezen waarbij alle zintuigen benut worden, red.) bij Multiplus. Naast de teamleden namen ook enkele stagestudenten orthopedagogie van UCLL deel. 'Voordien wisten we maar heel oppervlakkig wat MSST inhield,' zegt Heidelinde. 'Uiteraard zongen we al eens een liedje tijdens het verhalenatelier, maar tijdens de vorming konden we zelf aan den lijve ervaren wat het effect is als alle zintuigen worden aangesproken tijdens het voorlezen. Daar zijn we ons nu veel bewuster van.'

Een verhaal hoeft niet lang te zijn voor de doelgroep, bleek uit de vorming. Aan amper acht à tien zinnen heb je al genoeg, zolang je elk van die zinnen maar koppelt aan de vijf zintuigen. 'Dat vraagt een andere manier van denken,' zegt Heidelinde. 'Reukzin is bijvoorbeeld een zintuig dat voordien vaak onderbelicht bleef. Ondertussen maken we voortdurend de reflex hoe we geuren kunnen verzamelen. Zo ging er gisteren een groep naar het bos en verzamelden ze daar materiaal zoals mos en bladeren voor het verhalenatelier van vandaag. Dat maakt het verhaal levendiger, voelbaarder en tastbaarder.'

Belevingstheater

Sensorisch hoogtepunt van het traject was de voorstelling van het Huispaleis die cliënten en begeleiders konden bijwonen. 'We hebben enorm genoten van het belevingstheater', zegt Heidelinde. 'Eigenlijk was dit MSST, maar dan in het groot. Als het onweerde in de tekst, werd het publiek bijvoorbeeld helemaal nat gespoten. Iedereen zat daardoor helemaal in het verhaal. Voor de begeleiders was het bovendien erg leerzaam en inspirerend om een voorbeeld van dit niveau te zien. Zij hebben er veel uit opgestoken dat ze nu toepassen in de praktijk.' Zo’n activiteit op regelmatige basis doen, is helaas niet haalbaar. Werkingsmiddelen voor zulke activiteiten zijn er niet. 'Dankzij de subsidie was het eenmalig wel mogelijk', zegt Heidelinde. 'Voor het transport konden we bovendien rekenen op de collega’s van de papa van een cliënt. Met zijn team is hij hier een dagje komen helpen. Ze hebben voor het transport gezorgd, zijn mee naar het theater gegaan en hebben nadien pannenkoeken gebakken. Heel fijn! Zulke initiatieven zorgen voor verbondenheid en inclusie.'

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Multisensoriële verhaalboxen

Met behulp van de inzichten uit de vorming en de voorstelling gingen de studenten van UCLL tot slot aan de slag om onder begeleiding van enkele vaste medewerkers van Adem vzw kant-en-klare multisensoriële verhaalboxen te ontwikkelen. Momenteel zijn er vijf boxen klaar: eentje rond Sneeuwwitje, maar evengoed een box rond verjaren of rouw. Die verhalen worden vandaag regelmatig aangeboden in de atelierwerking - de doelgroep houdt van herhaling - maar Heidelinde geeft toe dat het fijn zou zijn als het aanbod nog groter zou zijn. 'Aan nieuwe stagiairs zullen we de opdracht geven een nieuwe box uit te werken. Maar mijn grote hoop is dat andere organisaties willen meedoen en ook enkele verhalen kunnen uitwerken. Zo zouden we een bibliotheek kunnen aanleggen met boxen die we aan elkaar kunnen uitlenen.' Die andere organisaties hoeven bovendien niet te werken met mensen met een beperking, ook in kleuterscholen of bij mensen met dementie zouden de boxen kunnen aanslaan.

Feestappelmoes

Hoe zien die multisensoriële verhaalatliers er nu uit? Wij woonden een verhalenatelier bij rond Sneeuwwitje in de snoezelruimte van 4Hoog. 'Een favoriet', zegt Wendy die het verhalenatelier samen met een collega begeleidt. Een van de cliënten is aangesteld als verteller. Voor de rol van Sneeuwwitje zijn er onder de deelnemers verschillende kandidaten. Gelukkig zijn er nog genoeg andere grote en kleine rollen. Verkleedattributen worden uitgedeeld, Sneeuwwitje krijgt een jurk en pruik, voor de dwergen zijn er mutsen en voor de heks een valse neus. Dan kan de vertelling beginnen. Die wordt permanent ondersteund door geprojecteerde beelden, van het bos of van het kasteel. 'Die beelden zijn voor deze groep echt nodig om de aandacht bij het verhaal te houden', zegt Wendy.

Regelmatig weerklinkt er ook muziek, om collectief op rond te marcheren of om op te dansen, maar evengoed zijn er vogelgeluiden bij de passages in het bos. Met bosgeuren in een potje en mos om aan te voelen is de bosbeleving compleet. De interactie blijft het hele atelier hoog. Nu eens wordt gevraagd welke toverspreuken de deelnemers kennen, dan weer moet iedereen een peer plukken van een houten boom of maakt de groep samen snurkgeluiden. En met de ‘feestappelmoes’ aan het eind komt ook smaak nog aan bod. De aanpak maakt dat alle cliënten een uur lang geconcentreerd en op verschillende niveaus betrokken blijven bij het verhaal. Niet vanzelfsprekend als je de samenstelling van de groep ziet. Sommige deelnemers hebben een ernstige beperking en hebben het moeilijk om stil te zitten of geen lawaai te maken, maar tijdens het atelier zelf komen ze tot rust. Interessant is ook het gebruik van emotiemonsters, kleine poppetjes die een emotie verbeelden. Bij een droevige scène gaat het verdrietige monster van hand tot hand, en aan het einde wordt aan elke deelnemer gevraagd om met een emotiemonster aan te geven of het verhaal hen blij of boos heeft gemaakt. Het oordeel is unaniem: iedereen is blij!

(De tekst gaat verder onder de afbeelding.)

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Verbinding

“De ateliers blijken enorm verbindend bij de cliënten onderling. Dat is niet vanzelfsprekend. Vaak is het een uitdaging om een atelier te organiseren met verschillende niveaus, maar bij het verhalenatelier lukt dat goed.”

Bij Heidelinde en de begeleiders klinkt een grote tevredenheid over het project. De geanticipeerde voordelen zijn er, op sommige vlakken werden de verwachtingen zelfs overtroffen. 'De ateliers blijken enorm verbindend', zegt Heidelinde. 'In de eerste plaats verbinden ze de cliënten onderling. Dat is niet vanzelfsprekend. Vaak is het een uitdaging om een atelier te organiseren met verschillende niveaus, maar bij het verhalenatelier lukt dat goed. Elke deelnemer heeft zijn eigen aandeel en komt aan zijn trekken. Iemand die zelf kan lezen en schrijven, krijgt de rol van verteller. Iemand met een wat zwaardere beperking kan luisteren en genieten van de prikkels of de rol opnemen van een nevenpersonage. Dat maakt dat er maar zelden incidenten zijn tijdens een verhalenatelier, wat bij andere activiteiten soms wel voorvalt. Sociaal-emotioneel zitten veel cliënten op een vrij jong niveau. We hebben hier vaak van die ruzies als "je bent mijn vriendin niet meer".'

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Wat nog minder vlot loopt dan gehoopt zijn de samenwerkingen met lokale partners zoals het woonzorgcentrum of de kleuterschool. 'Op termijn hopen we inclusieve verhalenateliers te kunnen organiseren', zegt Heidelinde. 'Het is voor ons waardevol om niet de hele tijd hier te blijven, maar om met onze cliënten in de samenleving te komen.' Al zijn er wel wat lijntjes uitgegooid, die samenwerkingen met buurtpartners staan nog in de kinderschoenen. Met de kleuters van de Steinerschool was er een ‘kennismakingsschooljaar’. Cliënten van het dagcentrum sloten afgelopen schooljaar aan bij vieringen op de Steinerschool. Zo leerden beide partijen elkaar langzaam kennen om eventueel in de toekomst samen verhalenateliers te organiseren. Met het woonzorgcentrum had Heidelinde op een gelijkaardige samenwerking gehoopt. 'Onze cliënten zijn heel toegankelijk maar ze kunnen soms ook veel lawaai maken. In het woonzorgcentrum is men bevreesd dat dit te druk zou zijn.'

Met of zonder partners, bij Adem vzw zelf blijven de verhalenateliers alvast op de planning staan. Met de vijf multisensoriële boxen beschikken ze over een startpakket aan vertelplezier op maat. Ideeën voor nieuwe boxen liggen klaar, om verder te ontwikkelen …

Tips voor een multisensorieel verhalenatelier bij mensen met een beperking

  • Een mooie snoezelruimte maakt een verschil. In een vergaderzaaltje is de sfeer niet hetzelfde. In een snoezelruimte kun je alle zintuigen aanspreken: deelnemers kunnen zitten of liggen, er zijn dekentjes en kussens en de lichten kunnen worden gedimd.
  • Zorg zeker voor visuele ondersteuning bij de tekst door middel van een (Powerpoint)presentatie.
  • Het uitwerken van verhalen neemt veel tijd en is een ideale opdracht voor stagiairs. Als je studenten zo’n project laat opzetten, zorg je intern best wel voor een stuurgroep om te vermijden dat de kennis na de stage verloren gaat.
  • Zorg dat je als begeleider de groep goed kent. Sowieso is elk atelier anders en zul je moeten inpikken op onverwachte omstandigheden, maar weten wie graag wil voorlezen, wie op de voorgrond wil treden en wie liefst gewoon luistert, zorgt voor een goede flow. 

Bekijk de fotoreportage

© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest
© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Voor de realisatie van dit project deed Adem vzw beroep op subsidies voor leesbevordering van Literatuur Vlaanderen. Wil je met jouw organisatie ook een leesbevorderingsproject opzetten? Lees het reglement en de indienvoorwaarden. Je vindt er ook meer info over de samenwerking met Iedereen Leest.

REEKS: Praktijk in de kijker

Hoe kunnen we kinderen, jongeren en volwassenen meer, beter of anders toeleiden naar lezen? Hoe kunnen we wie weinig of niet in contact komt met verhalen laten proeven van leesplezier? In deze reeks zoomt Iedereen Leest in op leesbevorderingsinitiatieven die door hun zoekende en laagdrempelige karakter anderen kunnen inspireren.

Pijler
Mis niets van Iedereen Leest