In het atelier van Martha Verschaffel

Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij. Deze keer: op bezoek bij Martha Verschaffel in Gentbrugge.

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

Altijd omringd

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Omdat mijn werk eerder donker is, denken veel mensen dat ik het maak op een schemerige zolder, in mijn eentje. Maar dat zou me ongelukkig maken. Ik stam uit zo’n grote, warme familie – met een oma die op haar 90ste nog elke woensdag spaghetti maakt voor iedereen die wil – dat ik me altijd omringd wil voelen. Ik wandel dus bijna dagelijks van bij mij thuis – waar ik al mijn computerwerk doe – naar het huis van mijn neef Lukas (Verstraete, ook kunstenaar, red.). Ik mag er altijd binnenvallen in het atelier, ik heb een sleutel. We zijn beste vrienden, maar kunnen elkaar ook artistieke feedback geven – echt een cadeau.’

“Ik wandel bijna dagelijks van bij mij thuis naar het huis van mijn neef Lukas Verstraete (ook kunstenaar). We zijn beste vrienden, maar kunnen elkaar ook artistieke feedback geven.”

Griezelen met vava

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Zoals de meeste tieners heb ik wel even gerebelleerd, maar nooit tegen de esthetiek waarmee ik ben grootgebracht. Mijn mama is graficus, net zoals haar vader dat was. Omdat ik vava’s oogappel was, tekende hij elke week met mij samen in zijn grote atelier. Ik mis zijn sprankelende persoonlijkheid nog altijd enorm. Hij maakte ons ook graag bang, bijvoorbeeld door voor te lezen uit Mens, wat akelig!, een collectie griezelverhalen uit Parijse roddelbladen, zoals hij er tientallen had. Ik heb nu twee van die boeken thuis staan omdat de oude gravures erin me blijven fascineren. Ze zijn een van de redenen waarom ik maak wat ik maak.’

“Mijn mama is graficus, net zoals haar vader dat was. Omdat ik vava’s oogappel was, tekende hij elke week met mij samen in zijn grote atelier.”

Droom-administratie

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Vandaag heb ik vrede met mijn angsten, vooral omdat ze dus de basis van mijn werk vormen, maar rond 2005 begonnen mijn nachtmerries mij zo te hinderen dat ik bijna schrik had om aan de dag te beginnen. Daarom besloot ik om ze op te schrijven. Dan worden ze verhaaltjes en dat relativeert ze. Sindsdien hou ik elke ochtend die administratie van mijn dromen bij, in een document op mijn computer dat nu al 223 bladzijden telt. De spannende, rare zinnen erin – zoals: ‘Ik moest mijn voeten uitdoen om mijn schoenen te kunnen aantrekken’ – wil ik al tekenend overbrengen. Mijn suggestieve, bevreemdende beeldtaal is er volledig op gestoeld.’

“Rond 2005 begonnen mijn nachtmerries mij zo te hinderen dat ik bijna schrik had om aan de dag te beginnen. Daarom besloot ik om ze op te schrijven. Dan worden ze verhaaltjes en dat relativeert ze.”

Lynch, Bergman en Akerman

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘David Lynch en Ingmar Bergman zijn meesters in het droomgevoel capteren. Iets wordt plots iets anders, een verhaallijn lijkt in elkaar te schuiven, maar klikt dan toch niet. Dat is precies wat ik in boeken als Passages (uit 2021, red.) wil bereiken, zodat lezers een tweede keer kijken, of mee inzoomen op een detail dat anders onopgemerkt blijft. Als kind vond ik het al jammer dat het in verhalen altijd ging over extremen – het sterkste meisje, het gepeste meisje – maar nooit over wat zich daartussen allemaal afspeelt. Daarom is Chantal Akerman ook zo’n inspiratie: ze geeft aandacht aan wat anders vluchtig vervliegt.’

Bouwen aan de Meersen

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Op rommelmarkten en in kringwinkels valt mijn oog vaak op spullen waaraan iets vreemd is, zoals een speelgoedkoetje met een lichtjes misgeschilderde mond. Ik kijk er nu al naar uit om al die verzamelingen van mij een plaats te geven in het nieuwe huis dat we gaan bouwen, vlakbij de Gentbrugse Meersen. We hebben net de grond gekocht. Het zal ook tof zijn om een atelier met een eigen boekenkast te hebben. Ik lees heel graag. Mijn lievelingsboek is Pale Fire van Nabokov, omdat de maker daarin weer meer lijkt te bedoelen dan ik snap. En ik sprokkel beelden – nu bijvoorbeeld in een prachtig boek met oude gravures van Bruegel.’

“Ik kijk er nu al naar uit om al mijn verzamelingen een plaats te geven in het nieuwe huis dat we gaan bouwen, vlakbij de Gentbrugse Meersen.”

Grijswaarden

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Mijn hoofd én agenda zitten meestal vol. Ik geef 85 procent les, ik illustreerde onlangs voor The New York Times, Lannoo en Grafixx, én ik breng twee kleuters groot. Daardoor miste ik de laatste jaren “pruts-tijd”. Gelukkig kreeg ik onlangs een blokje grafiet van mijn fantastische collega Cristobal Schmall, die vond dat het iets voor mij was. Dat raakte me zo dat ik die kans wilde grijpen. Werken met dat blokje en een penseel is al een grote stap voor mij, dus ik ga niet direct ook met kleur experimenteren, zoals mensen soms suggereren. Grijswaarden zijn voor mij zo genuanceerd dat ik er nog heel lang plezier aan ga beleven.’

“Onlangs kreeg ik een blokje grafiet van mijn fantastische collega Cristobal Schmall, die vond dat het iets voor mij was. Dat raakte me zo dat ik die kans wilde grijpen.”

Levenslang Zerkall

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Op Sint-Lucas zeiden mijn docenten weleens: “Waarom gebruik je geen deftiger potlood dan die eeuwige Bic-vulpotloden?”. Maar met iets chiquers zou ik bang zijn om de punt af te breken, zoals nu vaak gebeurt. Ik werk ook constant met het gommetje bovenaan; zo schemeren er op den duur verschillende lagen in mijn eindbeeld door. Tientallen keren gommen maakt het potloodgruis dieper en rijker, bijna leerachtig. Tenminste: op het Zerkall-etspapier dat ik altijd gebruik omdat het de perfecte korrel heeft. In 2023 heb ik uitgerekend hoeveel ik nog dacht te tekenen in mijn leven en ben ik in Nederland een auto vol Zerkall gaan kopen.’

In de wijk en op het KASK

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik ben iemand die graag houvast heeft: ik ben al jaren samen met mijn vriend, ik hecht aan dezelfde familie en vrienden, ik woon al tien jaar in dit huis. Misschien zweer ik daarom bij Zerkall en mijn droomdocument; Tegelijk krijg ik alsmaar meer zin om bijvoorbeeld eens te etsen. Er is daar nu geen ruimte voor, maar dat maakt me niet ongelukkig. Ik beleef nu ook zoveel moois. Zo vind ik het oprecht interessant om les te geven aan kinderen, hier in het wijkatelier, en aan studenten Illustratie op het KASK. Dat houdt me scherp en, in tegenstelling tot wat ik in het begin vreesde, interfereert het niet met mijn eigen werk.’

“Ik vind het oprecht interessant om les te geven aan kinderen, hier in het wijkatelier, en aan studenten Illustratie op het KASK. Dat houdt me scherp.”

Mentaal schetsen

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Weet je waar ik enorm naar uitkijk? Dat er in mijn toekomstige atelier eindelijk ruimte zal zijn om samen met mijn zoontjes te schilderen en te knutselen. Sinds hun komst is alles combineren natuurlijk minder evident, maar het leerde me om ondanks de versnippering gewoon te gaan zitten en tekenen. Dat lukt omdat ik mezelf heb leren schetsen in mijn hoofd. Tijdens dagelijkse taken, in bed: ik denk altijd na, ik neem notities en foto’s, ik hou mijn mentale deur op een kier. Daardoor kan ik aan mijn tekentafel direct beginnen. Het liefst ga ik ondertussen op in goede platen, bijvoorbeeld van Eefje De Visser of Joanna Newsom.’

“Ik mezelf heb leren schetsen in mijn hoofd. Tijdens dagelijkse taken, in bed: ik denk altijd na, ik neem notities en foto’s, ik hou mijn mentale deur op een kier. Daardoor kan ik aan mijn tekentafel direct beginnen.”

Broeierig

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik ben superchaotisch, maar heb een drang naar organisatie. Het verklaart, denk ik, waarom ik op elk blad eerst een kader trek. Dat vul ik daarna van linksboven naar rechtsonder, waarschijnlijk omdat ik altijd droomde van schrijver worden. Ik vond destijds geen goede fictie-opleiding, maar ben nu wel blij met de tekenweg die ik insloeg. Vandaag sta ik aan het allerprilste begin van een nieuw boek, dat vertrekt vanuit mijn terugkerende dromen over ongedierte. Dat broeierige, zelfs vieze gevoel wil ik verbeelden. Waarschijnlijk ga ik er weer jaren voor verzamelen en wroeten, maar niets kan op tegen van nul je eigen wereld bouwen.’

“Op elk blad trek ik eerst een kader. Dat vul ik daarna van linksboven naar rechtsonder, waarschijnlijk omdat ik altijd droomde van schrijver worden.”

REEKS: In het atelier

Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij.

Mis niets van Iedereen Leest