De leeswereld van Roosje Pertz
'Lezen is denken met andermans hoofd’, zei Schopenhauer. Maar wat zoeken we in dat andere hoofd? Is het rust, verstrooiing, kennis? Dit is Leeswereld, een interviewreeks over de rol van lezen, over schoonheid, over taal. Deze aflevering: Roosje Pertz, comédienne.
door Matthias M.R. Declercq
Het moest er een keer van komen. Alhoewel. In zijn rode kamerjas komt Hugh Hefner deze interviewreeks binnengewandeld, met aan beider arm een blonde, rondborstige dame. Hugh Hefner, jazeker, de stichter van blootblad Playboy die de deuren van de gelijknamige Mansion opende voor cameraploegen en de aandacht van het mannelijk kijkerspubliek kon capteren. De eer voor het lezen van Hugh Hefner: A Biography komt comédienne en leerkracht Nederlands Roosje Pertz toe. ‘Natuurlijk heb ik dat gelezen’, zegt Roosje, ‘Net als de biografie van een van de bekendste naaktmodellen die in zijn huis rondliep: Holly Madison en Down the Rabbit Hole. Ook de biografieën van Katie Price (die onder het pseudoniem “Jordan” opdook op Page 3 in de krant The Sun, red.), Gemma Collins van realityserie The Only Way is Essex, DJ Paul Elstak, en die van alle Spice Girls heb ik gelezen. En de boeken van mensen uit The Real Housewives en Beverly Hills. Op de televisie zie je het standpunt van de tv-makers over die figuren, maar in die boeken zeggen ze zelf wie ze zijn. Dat gaat over het echte leven. Hoe die vrouwen zich bewegen in deze wereld. Je krijgt een kijk in de coulissen van het sterrendom. Schandaalboeken lees ik nog liever! Van zodra ik “veroorzaakte controverse” lees op de achterflap, ben ik al verkocht. Ook bij romans trouwens. Seka Dobric (Vlucht naar mijn droom), bekend van The Sky is the Limit heb ik na afloop een berichtje gestuurd. Keicool mens is dat. Ik stuur wel vaker vriendschapsverzoeken naar realitysterren. Vlamingen doen dat te weinig. Als je een boek graag hebt gelezen, dan laat je dat toch weten aan de auteur?’
Cecile
Roosje is opgegroeid in Lubbeek, een knoopsgat tussen Leuven en Tienen, in een gezin met een voldragen leescultuur. ‘Dit is het beeld van een typische zaterdag ten huize Pertz, in de jaren 80 en 90: mijn moeder - geschiedenisleerkracht - zit aan de keukentafel krantenartikels te lezen en uit te knippen en mijn vader - tv-producer van documentaires (en de eerste Belgische Emmy-winnaar) - zit verderop een oude Russische klassieker te lezen. Zowat de hele canon stond in de boekenkast, waar in dezelfde kamer ook de telefoon stond. Uren belde ik met vrienden, en uren keek ik op de ruggen van al die boeken. Die van Claus, Sartre, Tolstoj, enzovoort. Sommigen heb ik later zelf gelezen, maar verre van allemaal. Die boeken stonken ook echt. In een ervan trof ik een enveloppe met tandenstokers, in een ander een stukje microfilm dat ik na de dood van mijn vader - ik was elf toen hij stierf aan een hartaanval - liet ontwikkelen. Het bleek om een stukje boekhouding te gaan, een aankoopbon van een servieswinkel in Brussel. Je had iets spannenders verwacht, hé?’ (lacht)
Jane
‘Als kind heb ik vooral heel veel strips gelezen. Julie, Klaartje, Cecile vond ik fantastisch, maar ook Jommeke en Kiekeboe. Hoewel ik later als leerkracht met veel plezier deelnam aan de Leesjury in Leuven, kan ik me geen jeugdboeken voor de geest halen die een diepe indruk op me maakten. Veel boeken waren toen gewoon heel onaantrekkelijk voor meisjes van mijn leeftijd. Droge letters, weinig prenten, weinig kleur: gelukkig werd je daar niet van. Dus in plaats van te lezen over andere mensen ging ik op bezoek bij andere mensen. Ik was de jongste van de hele wijk en had niet veel leeftijdsgenootjes om mee te spelen. Wel veel bomma’s, bij wie ik eieren haalde in hun kippenhok.’
“Hoewel ik later als leerkracht met veel plezier deelnam aan de Leesjury in Leuven, kan ik me geen jeugdboeken voor de geest halen die een diepe indruk op me maakten. Veel boeken waren toen onaantrekkelijk voor meisjes van mijn leeftijd: droge letters, weinig prenten en kleur.”
‘Uiteindelijk heb ik alsnog voor Germaanse gekozen. Daarin zag ik de meeste slaagkansen. Vooral de grammatica boeide me. Ik ga niet beweren een echt grote lezer te zijn, zoals je van Germanisten zou verwachten. Hella Haasse en Jane Austen heb ik gelezen, maar het ontbreekt me aan tijd. Ik wil me nu gewoon ontspannen en ondertussen iets opsteken, zonder me door de taal te moeten worstelen. Is het te barok, te spitsvondig, te stilistisch, dan haak ik af. Op dit moment althans.’
Hyperfocus
‘Ik lees haast uitsluitend non-fictie en raak snel in de ban van een specifiek onderwerp. Realityfiguren dus, maar evengoed wil ik plots alles weten over Irak en Iran. Ik heb lesgegeven aan anderstaligen en was altijd benieuwd naar hun thuisland. Velen kwamen uit het Midden-Oosten en ik realiseerde me weinig af te weten van die regio. Wat leer je daarover op school? Niks toch? Dus las ik Tales from the Queen of the Desert van Gertrude Bell, een Britse archeologe en diplomate die veel rondtrok in het Midden-Oosten en vooral veel over Irak schreef. Natuurlijk heb ik ook de boeken van Rudi Vranckx, Judit Neurink en Robert Fisk gelezen. Er zijn trouwens veel oude reisverslagen te vinden van westerlingen die naar het Midden-Oosten reisden, maar omgekeerd moeten er toch ook verhalen zijn van Arabieren in Europa? Dat onderwerp heb ik gegoogeld en nu ligt er een masterproef op me te wachten daarover. Heerlijk!’
‘Suriname is nog zo’n plek waar ik plots hypergefocust op was, tijdens mijn studies al. Dan boog ik me over de Nederlandse taal en droomde van plekken waar die taal nog werd gesproken. Suriname en het verhaal van Dési Bouterse. Dan kan ik eindeloos fantaseren over Paramaribo. Niet dat ik er per se naar toe wil, maar er over lezen kan altijd.’
Boekentil
‘Na het lezen geef ik de boeken weg. Ik laat ze achter in een boekentil. Thuis liggen alleen boeken die ik nog wil lezen. Wat niet betekent dat boeken niet blijven resoneren. Dat doen ze. Zoals Iemand anders van Nele Van den Broeck. Ik houd van haar columns en kocht impulsief haar boek. Zelfde verhaal bij An Olaerts. Ik wilde vriendinnen worden met An. Dus stuurde ik haar een bericht - ze woont in Kessel-Lo, niet ver van mij -, waarna we afspreken, en hé, we zijn nu vrienden!’
REEKS: Leeswereld
‘Lezen is denken met andermans hoofd’, zei Schopenhauer. Maar wat zoeken we in dat andere hoofd? Is het rust, verstrooiing, kennis? Dit is Leeswereld, een interviewreeks van Matthias M.R. Declercq over de rol van lezen, over schoonheid, over taal.