In het atelier van Ruth De Jaeger

Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij. Deze keer: op bezoek bij illustrator Ruth De Jaeger in Gent.

door Katrien Steyaert | foto's: Michiel Devijver
© Michiel Devijver | Iedereen Leest

Zippo

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Het is grappig: het lijkt hier wel een illustrator-straat, want verderop wonen Eva Mouton en Noémi Willemen. Ook Sabien Clement is vlakbij. Misschien vinden zij het even leuk als ik dat je van hier snel naar de stad fietst – als je bijvoorbeeld tekengerief in de Schleiper wil kopen – maar dat je tegelijk direct in de Bourgoyen staat. Ik wandel er vaak ‘s morgens met onze hond Zippo – even mijn hoofd leegmaken nadat ik de kindjes heb weggebracht en voordat ik begin te werken. Ik ruim ook altijd de ontplofte ontbijttafel op, hang de was op of ploeter al een beetje, tot ik mezelf rond half tien verplicht om echt te starten.’

De mooiste kunst ooit

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Ik ben niet zo’n planner, maar werk gelukkig heel snel. Om ideeën en een storyboard uit te denken, moet ik mijn hersenen pijnigen, even volle concentratie, zonder podcast, zonder muziek. Maar daarna gaat de uitwerking in verf heel vlot. Mijn voorlaatste boek, Diep in de zee, was zelfs in vier, vijf maanden af. Wat heel tof is, want ik zou niet, zoals Carll Cneut, het geduld hebben om laag op laag te schilderen. Ik combineer mijn tekenwerk ook met halftijds lesgeven en twee dochtertjes grootbrengen – Rosie is drie, Lupe één. Natuurlijk zijn zij veruit de mooiste kunstwerken die ik ooit maakte.’ (lacht)

Mama Medusa

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Met mijn oudste lees ik superveel prentenboeken. Ik vind het heel boeiend om te zien hoe ze voor kleine dingen bang kan zijn of hoeveel fantasie ze heeft. Als kind verslond ik zelf alles van Roald Dahl. De schwung van Quentin Blakes tekeningen vind en bewonder ik vandaag bijvoorbeeld bij de Zweedse Mari Kanstad Johnsen. Ik wil dat spontane in mijn eigen beelden krijgen, ook vandaar misschien dat ik zo snel werk? Boeken als Johnsens Alle dieren slapen of Kitty Crowthers Mama Medusa neem ik vaak mee naar de veranda – het licht is daar het best om te schilderen. Dan blader ik en denk ik: Niet te verstijfd tekenen, Ruth, just do it!’

“Als kind verslond ik alles van Roald Dahl. De schwung van Quentin Blakes tekeningen vind en bewonder ik vandaag bijvoorbeeld bij de Zweedse Mari Kanstad Johnsen. Ik wil dat spontane in mijn eigen beelden krijgen, ook vandaar misschien dat ik zo snel werk? ”

Met Gerda naar het zwembad

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Vooral mensen en hun houdingen blijf ik moeilijk vinden. Ze moeten niet perfect anatomisch kloppen, want dat heeft meestal iets grappigs, en toch kan ik er onzeker over zijn. Mocht ik meer tijd voor mezelf overhouden, ik zou doen zoals vroeger tijdens mijn studies aan het KASK. Dan nam Gerda Dendooven ons mee naar het zwembad om daar de bewegingen en emoties van de badgasten te observeren. Ik leerde ook veel van Carll Cneut, die mijn masterproef begeleidde, en van uitgeefster Marita Vermeulen, die toonde hoe je met tekst en beeld kunt spelen. Als relatieve beginneling experimenteer ik daar nog altijd mee.’

Leesjury

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Hoog op mijn wishlist staat: een boek maken met zo weinig woorden dat ik bijna alles met beelden vertel. Ik verzamel ook al aanzetten voor een verhaal dat volledig van mezelf is, en dat start meestal in mijn eigen kindertijd. Dan herinner ik me bijvoorbeeld dat ik een beetje introvert was of ’s nachts lag te piekeren, en bedenk ik hoe ik met een boek kinderen van nu kan geruststellen, zo van: ‘Het komt wel goed’. Boeken kunnen je zoveel geven dat ik het heel belangrijk vind om ze te maken. Helemaal geweldig is het als ik, zoals nu, geselecteerd ben voor de Leesjury, want dan krijgen veel kinderen mijn werk ook echt te zien.’

Beetje knullig

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Meestal bepaalt de uitgeverij voor welke leeftijd een tekst is, en pas ik daar dan mijn illustraties aan aan. Zo stak ik mijn eerste boek, Geroezemoes, vol verborgen boodschappen omdat het voor negenplussers was en dus wat ingewikkelder mocht zijn. Ik hoor dat ze het inderdaad leuk vinden om in de tekeningen naar die roddeltjes te zoeken. Maar ook voor een jonger publiek voeg ik humoristische details toe. Ik denk niet dat mensen mij per se zien als een grappig persoon, maar in mijn werk komt het vanzelf: ik laat een jongetje knullig bewegen of een vis een beetje dom kijken. Als ik bij het tekenen zelf in de lach schiet, zit het goed.’

“Ik denk niet dat mensen mij per se zien als een grappig persoon, maar in mijn werk komt het vanzelf: ik laat een jongetje knullig bewegen of een vis een beetje dom kijken. Als ik bij het tekenen zelf in de lach schiet, zit het goed.”

Cultuurshock

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Door op te groeien op een grote boerderij met een papa die veearts is, had ik altijd al interesse in dieren en planten. Vandaag verzamel ik het liefst oude boekjes met natuurtekeningen, die ik dan nateken terwijl ik er mijn fantasie aan toevoeg. Ik vind ze in kringwinkels of op reis. Voor ik kindjes had, maakte ik nogal extreme tochten door IJsland, Mongolië of Zweden. Die cultuurshock of dat afgelegene inspireerde me, maar ik nam nooit tekenmateriaal mee omdat ik puur wilde genieten van het moment. Deze zomer ga ik dat vooral in onze eigen tuin doen, maar ik plan wél om elke dag te schetsen waarmee we bezig zijn.’

Verbouwing

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Mijn vriend is industrieel ingenieur, maar een van zijn hobby’s is houtbewerking. Daaraan dank ik mijn op maat gemaakte bureaumeubel, met handige lades voor mijn verf en speciale kleppen om mijn scanner en lichtbak te verbergen. Het staat in onze living, in afwachting van een echt atelier boven, dat er komt na onze verbouwing volgend jaar. Ook al heb ik niet veel nodig, ik verlang toch naar die eigen ruimte. Ik zou helemaal blij zijn als ik me daarin fulltime kon ontplooien als illustrator. Daarom vraag ik nu een werkbeurs aan, in de hoop al eens te mogen testen hoe het voelt om nog vaker in mijn tekenbubbel te zitten.’

Fluo

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Een boek maken is kicken. Voor mijn debuut schilderde ik tot zeventig beelden met de hand. Ondertussen combineer ik dat met de iPad, al gebruik ik die vooral voor losse elementen. Ik vind het belangrijk dat het geheel niet digitaal aanvoelt, want dat spreekt me minder aan, en ik zou nooit de rustgevende flow waarin het schilderen me brengt willen missen. Onlangs zag ik op Instagram Léa Maupetit fluoverf van het merk Holbein gebruiken en kocht ik meteen een hele doos – ik word gewoon zo blij van gedurfde kleuren. Voor elk boek zoek ik wel naar de juiste balans in tinten en noteer ik de nummers van de gekozen verfjes in een schema.’

“Een boek maken is kicken. ”

De Grote Vriendelijke Podcast

© Michiel Devijver | Iedereen Leest

‘Overleggen met de schrijver vind ik vaak een meerwaarde. Zo kwamen Claudia Jong en ik onlangs samen tot goede oplossingen als ik vastzat. En ze tipte me De Grote Vriendelijke Podcast, waarin veel collega’s geïnterviewd worden en me zo inspireren. Dat gebeurde ook toen ik als stadstekenaar van Gent (van 2017 tot 2020, red.) een atelier deelde met Charlotte Peys, Ephameron en andere topillustratoren. Ik zag hen volledig hun ding doen en dacht: Dan ik ook!’ (lacht) ‘Nee, serieus, in deze fase is werk en leven combineren héél pittig, maar ik hou het vol dankzij mijn drive. Ik wil ook aan mijn kindjes tonen: ga maar voor je droom!’

Het werk van Ruth De Jaeger is samen met dat van vele andere illustratoren tot en met 20 januari 2024 te zien in de expo 'De zee! De zee! in Villa Verbeelding in Hasselt.



Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest