In het atelier van Fatinha Ramos
Hoe ziet de werkruimte van illustratoren eruit? Wat zijn hun rituelen, talismannen en eigenaardigheden? Waaruit putten ze inspiratie en hoe komen ze tot hun beste werk? Journaliste Katrien Steyaert mag binnenkijken in hun ateliers en in hun creatieve geesten. Michiel Devijver maakt er foto’s bij. Deze keer: op bezoek bij Fatinha Ramos in Antwerpen.
door Katrien Steyaert | foto's: Michiel Devijver
Vipassana
‘Nadat ik altijd rond half zeven wakker geworden ben, doe ik twintig minuten aan stille vipassana-meditatie. Ik heb die gewoonte nu al een paar jaar en ze helpt me om in de juiste mindset te geraken. Ik vergelijk het met een sportman of pianospeler die zich moet voorbereiden om goed te presteren. Meditatie helpt bovendien tegen mijn concentratieproblemen. Een simpele schaduw op de muur kan al genoeg zijn om me af te leiden. De voorbije maanden, toen ik door de vele opdrachten die ik had bijna achttien uur per dag gewerkt heb, mediteerde ik ook ’s middags of ‘s avonds. Alleen zo kon ik de drukte overleven.’
Invictus
‘Als ik een creatief idee krijg, kan ik direct in gang schieten, want ik werk thuis, in mijn living. Boven mijn bureau hangt de spreuk “I am the master of my fate, I am the captain of my soul”, die me eraan herinnert dat ik zelf verantwoordelijk ben voor mijn leven. De woorden komen uit het gedicht Invictus van William Ernest Henley, die lange jaren in het ziekenhuis doorbracht. Ik maakte iets gelijkaardigs mee als kind, vanwege een botziekte. Wat ik daar toen allemaal zag en voelde, maakte me heel empathisch, maar dat meevoelen kan soms overweldigend zijn. Tekenen is mijn manier om daarmee om te gaan.’
Regisseur
‘No limits. Zo begin ik altijd. Ik lees een tekst, krijg er beelden bij en ga die heel vrij in schetsen vertalen. Daarna maak ik storyboards om het ritme van het boek te bepalen en om als een regisseur beslissingen te nemen over mijn personages, perspectief en achtergronden. Ik vraag weleens de mening van vrienden, maar als creatieveling moet je uiteindelijk zelf je knopen doorhakken. Ik volg daarbij mijn intuïtie, ik voel of iets goed zit. Zolang dat niet zo is, blijf ik werken. Illustreren is een zoekproces, en het is precies van dat proces, meer dan alleen van het eindresultaat, dat je moet genieten.’
“Van mijn tekeningen moet ook altijd een hoekje af zijn, want als een beeld te glad of te mooi is, raakt het mij niet. Dan is het niet meer menselijk. Wij zijn zoals ajuinen met veel lagen en dat wil ik weerspiegeld zien in mijn werk.”
Lekker vuil
‘Bij de start van een opdracht moeten mijn bureau en eettafel opgeruimd zijn zodat ik ze daarna weer lekker vuil kan maken. Ik experimenteer met technieken zoals papier wassen of ecoline en Chinese inkt mengen. Zo kom ik tot nieuwe, interessante texturen. Ik moet er mijn comfortzone voor verlaten, maar als creatieveling is het cruciaal om dat te doen. Van mijn tekeningen moet ook altijd een hoekje af zijn, want als een beeld te glad of te mooi is, raakt het mij niet. Dan is het niet meer menselijk. Wij zijn zoals ajuinen met veel lagen en dat wil ik weerspiegeld zien in mijn werk. Dat is dus niet alleen maar vrolijk en licht.’
Zwempak
‘De confrontatie met het witte blad kan moeilijk zijn. Als ik werk voor een jong publiek voel ik bovendien een zware verantwoordelijkheid. Maar ik teken met een passie die ik nooit gevoeld heb in mijn twaalf jaar als grafisch ontwerper. Ik geraak in zo’n flow dat ik pas na een paar uur merk dat mijn lichaam pijn doet van zo lang over mijn bureau gebogen te hebben gezeten. Ik probeer genoeg te bewegen, maar soms ben ik nog te lui. Daarom bedacht ik een trucje: ik ga slapen met mijn zwempak aan, dan kan ik de dag erop niet anders dan gaan zwemmen.’ (lacht) ‘In het water ben ik net zo in mijn element als wanneer ik teken.’
Rotring
‘’s Morgens ben ik het meest fris in mijn kop, dus dan plan ik het belangrijkste tekenwerk. Om me te helpen helemaal in mijn beeldenwereld te kruipen, zet ik mijn gsm op vliegtuigstand. De vele e-mails en aanvragen beantwoord ik later op de dag als mijn productiviteit toch daalt. Op zo’n moment ga ik soms ook materialen kopen. Ik vind dat zo verleidelijk dat ik mezelf altijd opdraag me aan mijn boodschappenlijstje te houden – wat nooit lukt. Het enige dat tegenwoordig niet meer in de handel is, is mijn favoriete Rotring-potlood met meerdere vullingen. Jammer, want hoe fantastisch ik mijn nieuwe iPad Pro ook vind, ik werk nog altijd graag analoog.’
“Ik ga graag naar concerten, maar ook naar de film, naar tentoonstellingen of op reis. Het ontspant me en tegelijk kan het me inspireren. Alles wat ik zie, kan me voeden.”
Japan
‘Deadlines zijn goed, anders werk ik nooit iets af, maar soms zit ik ’s avonds laat nog te werken en ben ik echt moe. Dan helpt het om te luisteren naar energieke muziek zoals die van Nils Frahm. Onlangs zag ik hem live in de AB, dat was fantastisch. Ik ga graag naar concerten, maar ook naar de film, naar tentoonstellingen of op reis. Het ontspant me en tegelijk kan het me inspireren. Alles wat ik zie, kan me voeden. Binnenkort ga ik met drie vriendinnen naar Japan voor een rondreis langs Osaka, Kyoto, Tokyo en enkele eilanden. Mijn cameraatje ligt al klaar om alle indrukken vast te leggen.’
Impact
‘Kinderen hebben altijd alle details gezien en zijn daarom een moeilijk publiek. Tegelijk vind ik ze heel belangrijk, want ze vormen onze toekomst en via hen kun je een impact hebben op de maatschappij. Als je met je boek bijvoorbeeld ingaat tegen sociale discriminatie kunnen ze dat meenemen in hun volwassen leven en wordt de wereld een beetje beter. Daarom teken ik personages die te lange benen hebben of er niet doorsnee uitzien. Ook tijdens workshops leg ik aan kinderen uit dat we allemaal anders zijn. Ik grap weleens dat ik zo klein ben omdat ik gekrompen ben in de wasmachine. Het opent hun blik.’
Tattoo
‘In deze tijden van negativiteit wil ik mensen meenemen in een wereld die mooi en magisch is. Daarom gebruik ik zoveel warme kleuren. Dat gaat ook terug op mijn roots. Ik kom uit een stadje in Portugal waar de zon bijna altijd schijnt en waar het barst van de kleurrijke azulejos (siertegels, red.) en beschilderde gondels. Het werd een deel van mezelf en in mijn illustraties vind je die romantische, dromerige persoonlijkheid terug. Ze zit ook in de tattoo op mijn pols, een ontwerp waarin ik vlinders, hartjes en sterren verwerkte. Ik heb hem laten zetten opdat ik nooit vergeet wie ik ben en waar ik naartoe wil.’
“Eigenlijk ben ik niet lief genoeg voor mezelf. Ik neem veel te zelden een weekend vrij en vind altijd dat het meer en beter moet. Die leergierigheid is mooi, ik hoop dat ik ze behoud tot mijn 100ste, maar ze maakt dat ik mezelf als het ware blijf beconcurreren.”
Picasso
‘Eigenlijk ben ik niet lief genoeg voor mezelf. Ik neem veel te zelden een weekend vrij en vind altijd dat het meer en beter moet. Die leergierigheid is mooi, ik hoop dat ik ze behoud tot mijn 100ste, maar ze maakt dat ik mezelf als het ware blijf beconcurreren. Ergens moet dat natuurlijk. Ik wil mezelf helemaal niet met Picasso vergelijken, maar hij heeft ook honderden werken meer gemaakt dan dat er uiteindelijk bekend zijn geworden. Je moet dus blijven proberen en evolueren. Ik ben alvast begonnen aan mijn eerste eigen kinderboek en ik maak vrij werk omdat ik richting kunst wil. Ik ben misschien klein, maar ik denk groot.’
Deel dit artikel: