De voorleesboekenkast van Elisabeth van Lierop
In de reeks ‘De voorleesboekenkast’ gaan we op bezoek bij enthousiaste voorlezers en hun kinderen. Wat zijn hun favoriete voorleesboeken? Hoe ziet hun voorleesritueel eruit? In deze aflevering duiken wij in de voorleesboekenkast van gentle activist Elisabeth van Lierop en haar dochters Nala (8) en Oona (2) en haar zoon Iggy (5).
door Katrien Elen
‘Wij zijn echt een voorleesgezin. Toen onze oudste dochter Nala voor haar derde verjaardag van Tijs (Delbeke, red.) en mij mocht kiezen wat ze wilde doen, wilde zij het allerliefst naar de Permeke bib om daar boekjes te gaan lezen. Dat is wel typerend voor ons gezin. Iedereen vindt het keitof om samen naar de bib te gaan.’
‘Hoe ons voorleesritueel eruitziet? Onze kinderen gaan absoluut niet graag naar bed. Ze hebben veel ondersteuning nodig bij het gaan slapen. Vaak zit er een uur tussen het moment dat ze in bed kruipen en ze echt in slaap vallen. Sowieso wordt er een half uur gelezen, nadien vertellen we met het licht uit zelf nog wat verhalen. Maar voorlezen is niet beperkt tot het avondritueel. Ook gedurende de dag nemen onze kinderen vaak een boek uit de kast en vragen ze om voorgelezen te worden.’
“Voorlezen is niet beperkt tot het avondritueel. Ook gedurende de dag nemen onze kinderen vaak een boek uit de kast en vragen ze om voorgelezen te worden.”
‘De honger naar taal zit er bij de kinderen gewoon ingebakken. Ze lezen liever boeken dan dat ze televisie kijken. Ik denk dat Nala daar een rol in heeft gespeeld. Zij begon zelf letters en korte woordjes te lezen toen ze 2,5 jaar oud was, nog voor ze naar de instapklas ging. Op haar vijfde las ze zelf Bedtijdverhalen voor rebelse meisjes van Elena Favilli. Nala zette zo de toon, waardoor Iggy dacht: “Als mijn oudste zus lezen cool vindt, dan wil ik dat ook.” (lacht)’
Weinig spullen, veel boeken
‘Als gezin staan we voor een duurzame levensstijl. We proberen het aantal (nieuwe) spullen in huis te beperken. Veel speelgoed hebben onze kinderen niet. Als ze een verjaardagsfeestje geven, vragen ze fruit als cadeau. Maar voor boeken maken we een uitzondering. Ik vind een boek iets helemaal anders dan een Barbie. Met een Barbie te kopen steun je een “Barbie bedrijf”. Als je een boek koopt, steun je een auteur. Dat is belangrijk. Gratis kunst bestaat niet. Iemand moet er tijd en energie in steken. Daardoor zijn boeken van de weinige dingen die we nieuw in huis halen.’
‘Niet alleen in de boekhandel -Luddites in Antwerpen is onze favoriet- maar ook in de kringwinkel of op de rommelmarkt kopen we boekjes. Zo verzamelden we al een hele collectie tweedehands Disney boekjes. Leuk, maar ik merk dat ze niet altijd meer van deze tijd zijn. Zo kan Donald Duck totaal niet koken, of wordt er gelachen met een figuurtje dat wat dikker is. Dat pas ik wel aan als ik voorlees. De Tiny-boeken hebben we daarentegen allemaal weggedaan. Tiny’s zwarte vriendinnetje Cacao wordt consequent geportretteerd als iemand die niks kan. Dat voelt niet meer oké. Zulke zaken kom je wel vaker tegen in oudere boekjes. We moeten dus wel wat boeken nieuw kopen om het tweedehandsaanbod in huis te diversifiëren.’
‘Omdat Tijs en ik zoveel bezig zijn met duurzaamheid, zijn onze kinderen natuurlijk goed mee met alles wat er gaande is rond het klimaat. Ze eten bijvoorbeeld net als ons vegan, want ze willen niet dat dieren pijn worden gedaan. Voor hen is dat de normaalste zaak van de wereld, maar ik denk dat ze zich in hun klas soms eenzaam voelen als ze horen dat er in andere gezinnen minder duurzaam wordt omgesprongen met spullen. Daarom vind ik Alles verandert van Inge Bogaerts zo’n waardevol boek. In dit klimaatboek wordt een kindje op zijn avonturen geconfronteerd met afval in zee en afgekapte bomen. Het geeft hen herkenning dat er ook boeken worden gemaakt over kinderen die naar een klimaatprotest gaan of die iets goed willen doen voor de wereld.’
Gespreksstof
‘Boeken helpen ons gezin ook om dingen bespreekbaar te maken. Nala is bijvoorbeeld nogal perfectionistisch. Ze focust vaak op de dingen die ze nog niet goed kan. Of niet zo goed als ze het zou willen. Zo wilde ze op een gegeven moment niet meer tekenen omdat ze vond dat haar tekeningen niet realistisch genoeg waren. Dat kan ik niet, dat kan ik wel van Inge Rylant is een boekje over bijzondere dingen die dieren kunnen, maar evengoed over dingen ze niet kunnen. Zo kan een giraf aan zijn ogen likken, maar kan de wombat niet klimmen. Dat kan ik niet, dat kan ik wel was een goede ingang om het met Nala te hebben over dat het niet is omdat Jefke uit de klas -bij wijze van spreken- tot in de top van de boom kan klimmen, dat iedereen dat moet kunnen.’
Nudging
‘Het is niet zo dat onze kinderen -omdat ze graag lezen- altijd in de zetel zitten met een boek. Eigenlijk zijn het echte buitenkinderen. Ze doen niet liever dan in de modder spelen, zelfs als het regent. Maar je kunt perfect de twee tegelijk zijn: iemand die graag leest én graag buiten speelt. Boeken lezen komt hier wel in de plaats van films kijken. Ik denk dat het komt omdat lezen minder passief is. Onze kinderen gaan liefst zelf aan de slag met hun fantasie.’
‘Van opleiding ben ik psycholoog. Ik ben me er heel erg van bewust dat vanaf iets moet, het minder aantrekkelijk wordt. Wij hebben het geluk gehad dat onze kinderen lezen van kleins af leuk vonden. We hebben nooit moeten zeggen: nu moet je een half uurtje lezen. Ik herinner me dat het bij mij daarbij op een bepaald moment is misgelopen. Als kind heb ik altijd graag gelezen, tot ik voor de les Nederlands verplichte lectuur kreeg.’
‘Als prille ouders hadden we wel regels rond schermgebruik. Maar eigenlijk werkte dat niet zo goed. Wat verboden is, trekt aan. Ondertussen hebben we minder regels en wordt er veel minder gevraagd naar filmpjes. De kinderen weten dat als ze echt iets willen kijken, dat kan. Maar we hebben geen televisie. Het moet op een gsm of op de laptop. Dat vormt een drempel. De boekjes, daarentegen, liggen binnen handbereik. In de psychologie heet dat nudging. Als een boekje lezen de gemakkelijkste optie is, kies je er sneller voor.’
‘Eigenlijk gaat het zelfs zo ver dat onze kinderen een filmpje kijken bijna beschouwen als een straf, en boeken als een beloning. Als Tijs op tournee is en ik moet koken, zeg ik soms: “Kijk maar een filmpje”. Zo zijn de kinderen filmpjes gaan beschouwen als een manier om hen stil te houden. In plaats van te juichen, zeggen ze: “Wij willen geen filmpje kijken, we doen wat we willen, we hebben meer zin om te knutselen.” Dat is hoe omgekeerde psychologie werkt. (lacht) Een boek lezen, daarentegen, heeft voor hen een positieve associatie. Het staat voor gezelligheid, voor knuffelen, voor exclusieve aandacht.’
Tropenjaren
‘Zelf heb ik altijd graag gelezen, maar in deze tropenjaren met drie kleine kinderen bij wie gaan slapen vaak een strijd is, komt het er eerlijk gezegd niet vaak van. Ik mis het wel, maar ik ben iemand die graag doorleest. Elke dag een paar bladzijden lezen, daar vind ik niets aan. Als ik een boek vastneem, wil ik me erin verliezen en het op één of twee dagen kunnen uitlezen. Het enige boek dat ik afgelopen jaar heb gelezen, is Waar zijn de wolken van Suzanne Grotenhuis, een prachtig boek dat past bij deze periode in mijn leven -Grotenhuis schreef het in de eerste maanden na de geboorte van haar zoon.’
TIPS VAN ELISABETH
- Het dierenboek van Jenny Broom: ‘Als peuter vond Iggy het leuk om te weten wat een koraal eet of hoe groot een rog is. Zelf heb ik ook veel geleerd uit dit boek. Het gaat veel verder dan de typische aap, koe en paard, er staan misschien wel vijf soorten vleermuizen in. Iggy onthield al die namen als een soort memory spel.’
- Dinosauriërs van Chris Wormell: ‘Opnieuw een favoriet van Iggy. Hij was in de instapklas helemaal zot van dino’s. Als klasgenoten zeiden: “Kijk, een dino”, dan wist hij dankzij dit boek of het een stegosaurus of een spinosaurus was.’
- Atlas van Aleksandra Mizielinska: ‘Een fijn vormgegeven, informatief boek dat we al regelmatig cadeau hebben gedaan. Hetzelfde geldt voor Anatomie van Hélène Druvert, over het menselijk lichaam. Met behulp van flappen maak je achtereenvolgens kennis met het spier- en zenuwstelsel, het skelet, de bloedsomloop…’
- De Gruffalo van Julia Donaldson: 'Voor we kinderen hadden, was Tijs een jaar lang ambassadeur van de Permeke bibliotheek, met de bedoeling om jongeren aan te zetten tot lezen. Op een voorleesnamiddag heeft hij toen dit boek gelezen. Elke keer dat ik dat boek nu vastneem, denk ik aan dat voorleesmoment. Voor mij was het de eerste keer dat ik Tijs zag als een vaderfiguur.'
- Groeien broeken aan bomen van Jasmien Wynants: 'Een fijn boek om duurzame mode bespreekbaar te maken met iets oudere kinderen. Een aanrader voor gezinnen die de transitie willen maken.'
- En ze leefden nog altijd van Elisabeth Lucie Baeten: 'Net zoals veel mensen ben ik fan van de boeken van Elisabeth Lucie Baeten. Bij haar eerste boek dacht ik: dat ik daar zelf niet ben op gekomen. Natuurlijk moesten die sprookjes herwerkt worden. Ik kan me voorstellen dat de moraal van Roodkapje in de tijd van de gebroeders Grimm relevant was. Maar Disney heeft al die sprookjes zo opgepoetst dat er alleen maar stereotypen overblijven, prinsessen die liggen te wachten tot ze door een prins worden wakker gekust bijvoorbeeld. Ik ben blij dat die verhalen nu herwerkt zijn. De prinses moet niet perfect zijn, ze mag aan zichzelf denken en af en toe rust nemen. Een opvallend gevolg van de boeken van Elisabeth Lucie is dat ik andere boeken nu sneller stereotiep vind.'
- Kamertje ikke van Femke Vanbelle: 'Een fantasierijk boek over twee kinderen die bij elkaar gaan spelen en de ander meenemen in hun wereld. Ook de illustraties van Flore Deman zijn prachtig.'
- Wij samen op stap van Jean Reidy: 'Het is geen zot verhaal, het gaat gewoon over een kind dat met zijn mama op pad gaat door de stad, maar het is mooi vormgegeven door Leo Timmers en de Nederlandse bewerking is van Bart Moeyaert. Ook al is er niet veel tekst, je merkt dat het heel goed geschreven is.'
- Je bent al alles van Hanne Luyten: ‘Ik probeer via boeken soms wat tegengewicht te geven, met boekjes die genderstereotypen doorbreken bijvoorbeeld, of waarin kinderen van kleur te zien zijn, of waarin een personage in een rolstoel zit. Hanne Luyten heeft zo verschillende fijne boekjes, maar dit vind ik het mooist.'
- De walvis wilde meer van Rachel Bright: 'Een verhaal met een levensles. De walvis wil altijd meer, maar zo moet hij veel meezeulen en dat is niet leuk. Wanneer hij spullen begint weg te geven, wordt het leven lichter. Een leuk en mooi verhaal dat past bij hoe wij in het leven staan.'
Deel dit artikel: