Bijsluiter: Patiënten en zorgverleners lezen samen Filoktetes

'Gewoon vertellen wat je voelt bij Filoktetes is al deugddoend,' vertelt verpleegkundige Lies De Gendt. Tijdens een traject van vijf avonden lezen studenten en docenten van UGent, zorgverleners en (ex-)patiënten van UZ Gent en theatercollectief De Roovers in Huis Majin samen de Griekse tragedie Filoktetes. Omdat het heelt.
Dit is Bijsluiter, een verhalenreeks over de kracht van kleine letters, over mensen, wars van labels en over al wat helpt. Deze aflevering: Filoktetes.

door Matthias M.R. Declercq
© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Het is donderdagavond en het regent. De straatlantaarn werpt een zwak, wit licht op de glanzende kasseien voor het Majin Huis in Gent, een plek waar mensen met kanker kunnen samenkomen. Binnen zitten dertig mensen in een grote cirkel. Allemaal hebben ze een tekstbundel op hun schoot. Tessa Kerre, hematologe in het UZ Gent, begint voor te lezen.

Odysseus:
‘Ginds ligt het eiland Lemnos. Steile kusten. Onbewoond. Er komt geen mens. Daar liet ik zoveel jaar geleden Filoktetes achter. (…) Een etterende wonde vrat de voet van Filoktetes weg. Hij jankte als een dier. Het hele leger hoorde hem. Onmogelijk voor ons om ongestoord een offer aan te bieden aan de goden. Schreeuwen - kermen van de pijn deed hij. Maar waarom vertel ik dat? Het hoeft niet. En er is geen tijd. Als hij erachter komt dat ik hier ben mislukt het hele plan: hem overvallen. En hem vangen.’

Velen kennen elkaar niet. In de groep zitten mensen met verscheiden achtergronden. Sommigen werden enige tijd geleden behandeld in het UZ Gent voor een ernstige ziekte. Anderen studeren dramaturgie, of Grieks, en er zitten ook professoren aan tafel van de UGent, naast acteurs van theatercollectief de Roovers, naast mantelzorgers, een dermatologe, een psychologe en een hematologe, allemaal van het UZ Gent.

De éne leest verder waar de vorige is gestopt, zonder vooraf bepaalde volgorde. De schakels worden een ketting, en Filoktetes, de Griekse tragedie van Sofokles, komt tot leven.

Filoktetes:
'Wie bent u - vreemdelingen? Waarom ligt uw schip voor anker bij dit eiland zonder haven. Zonder mensen. Waar komt u vandaan? Hoe heet uw volk? Ik wil het weten (graag). U loopt gekleed - u ziet eruit als Grieken. Zalig! Laat mij horen wat voor taal u spreekt. Hou u niet in. Schrik niet van mij. Ik zie er als een wilde uit. Maakt dat u bang? Heb eerder meelij met een miserabel man. Hij is alleen. Gedumpt. Geen vrienden. En hij vraagt u: spreek uw taal. Tenminste als u komt als vrienden. Zeg iets. Blijven zwijgen kan niet. Niet voor u en niet voor mij.'

All Greeks

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Wekenlang zal het veelkoppige gezelschap samenkomen om Filoktetes te lezen en herlezen, te dissecteren tot in het kleinste detail, om met alle reflecties en associaties die de tragedie losmaakt een nieuwe voorstelling te boetseren die de medische wereld weerspiegelt, of althans die van de zorg. Want daar leent de tragedie zich toe. Op weg naar Troje werd Filoktetes achtergelaten op het eiland Lemnos. Een adder had hem in de voet gebeten. Odysseus, hoofd van de Griekse troepen, kon de stank en het gekerm van Filoktetes niet meer aanhoren. De onfortuinlijke man kon op het eiland tien jaar lang overleven dankzij de boog die Herakles hem had gegeven. Een boog waarmee hij makkelijk wild kon vangen. Nu het orakel heeft gesproken, en Troje alleen nog kan overwonnen worden als Neoptolemos, de zoon van de pas gesneuvelde Achilles, de bijzondere boog terug in handen krijgt, vaart Odysseus met Neoptolemos naar het eiland, om Filoktetes met een list de boog afhandig te maken.

Filoktetes is één van de tweeëndertig bewaard gebleven Griekse tragedies, die in allerlei vormen werden opgevoerd tijdens het Gentse All Greeks-stadsfestival in mei en juni 2024. Voor Filoktetes ligt de inhoud niet vast, noch de vorm, noch de spelers. De collectieve lezing staat voorop en is allesbepalend. Net zoals ook de vijftienjarige Neoptolemos bepalend is voor het stuk. Hij staat voor het moreel dilemma: gaat hij mee in de list van Odysseus om Filoktetes de boog te ontnemen? Of opent hij de ogen voor het leed van de eilandbewoner?

Veelheid aan perspectieven

Koor:
(…) ‘Maar verder ken ik niemand (noch van horen noch van ziens) die door een wreder lot getroffen wordt dan deze sterveling - een man die niemand kwaad deed of bestal. In vrede leefde met zijn medemens. En toch werd hij gedumpt. Een schande. Ik begrijp niet hoe hij eenzaam als hij was (hij kon alleen de golven op de kusten horen slaan) hoe hij dit leven vol verdriet verdroeg.’

Er is altijd koffie, water en thee, er zijn broodjes en er zijn veel namen: Let, Matthis, Tessa, Zoë, Simon, Nike, Elke, Luc, Sara, Marijke, Lies, Kristoffel, … en de veelheid aan perspectieven, de stroom aan percepties, sterkt het postmoderne idee dat er geen waarheid is, alleen interpretatie, en dat de waarde van dit alles ligt in de samenkomst, niet in de oorspronkelijke invulling van Sofokles. Het schip dat aanmeert doet iemand denken aan vluchtelingen op Lampedusa, een ander aan het team dokters dat een ziekenkamer voor het eerst binnenkomt en blijf je bij Filoktetes die als zogenaamde noble savage voor het eerst anderen ziet, dan kun je er het ontstaan van Amerika in zien, het archetype van kolonialisme. Vijf weken lang zal Filoktetes voor iedereen iemand anders voorstaan, zal iedereen nieuwe puzzelstukken aanreiken om tot een nieuw beeld te komen dat zelfs Sofokles zoveel eeuwen geleden wellicht niet had gezien.

Covid

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Let Dillen is psycholoog in het palliatief support team van het UZ Gent. 'Als Filoktetes zegt: 'Blijven zwijgen kan niet. Niet voor u en niet voor mij', dan kan ik daar alleen maar de huidige gang van zaken in ziekenhuizen in zien.' Let spreekt op rustige, bedachtzame toon. 'De zorg is tegenwoordig heel doelgericht en efficiënt. Trek je het op flessen, dan is het een fabriek aan het worden. We krijgen orders om een bepaald probleem aan te pakken. Dat kun je als chirurg, opereren en het probleem is verholpen. Vaak dan toch. Maar misschien zijn er nog andere problemen waar we geen oog voor hebben. Je kan je alleen richten op de boog, of je kan luisteren naar wie Filoktetes is, en wat hij voelt. Er moet een vrije ruimte gemaakt worden om de patiënt als méns zien, en die te erkennen in het leed.’

Het zal een rode draad blijken doorheen alle samenkomsten: zie de mens, en niet enkel de diagnose. Zie Filoktetes, en niet enkel de etterende wond. Zie wat de consequenties zijn van een ingreep of opname. Zie wat tien jaar afzondering met iemand doet.

“Als Filoktetes zegt: 'Blijven zwijgen kan niet. Niet voor u en niet voor mij', dan kan ik daar alleen maar de huidige gang van zaken in ziekenhuizen in zien.”

De mens zien

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Het is nochtans niet zo moeilijk om de mens te zien’, zegt Lies De Gendt. ‘Een paar clichévragen volstaan.’ Lies werkt op de dienst cardiologie van het UZ Gent. ‘Heb je een partner? Heb je eventueel kinderen? Waar houd je van? Het minste antwoord volstaat. Zie je een tekening of foto aan de muur hangen, een boek liggen op het nachttafeltje, dan is de patiënt plots een verhaal, veel meer dan louter de pacemakerimplantatie die op het dossier staat. Onlangs hielp ik een collega om een bed op te maken en zag een boek van Annie Ernaux liggen. Die dame zat in de zetel en ik zei: ‘Ah, Ernaux, ik geraakte daar moeilijk door. (lacht)’ De dame antwoordde een beetje onsamenhangend. Pas in de gang vernam ik dat die vrouw een hartstilstand had gehad en nog cognitieve problemen ondervond. Ik had haar dus eerst leren kennen als liefhebber van literatuur, en pas achteraf als patiënt. Ik vond dat wonderlijk.’

Let: ‘Tijdens de pandemie stond ik een tijd op de covid-afdeling. Je zag het de mensen denken: ‘Durf je nog bij mij binnenkomen? Durf je dichter komen en je verstaanbaar maken?’ Het cognitief-feitelijke voert de boventoon in ons zorgsysteem. We zijn allemaal medische specialisten aan het worden, in een diverse samenleving. Dan hoor je in opleidingen ‘wat een moslim doet bij afscheid’, maar daar gaat het helemaal niet om. We worstelen met cultuursensitieve zorg, al gaat het gewoon over de ontmoeting. Wie ben jij? ‘Laat mij horen wat voor taal u spreekt’, zegt Filoktetes. Het gaat om de taal van mens tot mens. ‘Zie mij’, dat is wat de patiënt zegt. ‘Zie mij.’

“We worstelen met cultuursensitieve zorg, al gaat het gewoon over de ontmoeting. Wie ben jij? ‘Laat mij horen wat voor taal u spreekt’, zegt Filoktetes. Het gaat om de taal van mens tot mens. ‘Zie mij’, dat is wat de patiënt zegt. ‘Zie mij.’”

Tessa Kerre: 'We maken grote evoluties mee, en dat heeft zijn prijs. We gaan niet alle zorg kunnen blijven geven aan alles en iedereen. De gezondheidszorg gaat failliet. Hoe gaan we om met iemand die aan het begin van het leven staat, versus iemand die al in de tachtig is? Die keuzes gaan we echt moet maken, zoals het er nu naar uitziet. Helaas.'

Pijn aan het hart

Lies De Gendt - © Michiel Devijver en Iedereen Leest

Voor Lies De Gendt komt de tragedie heel dicht op de huid. Als verpleegkundige ziet ze het leven in het ziekenhuis soms kantelen, maar ook op persoonlijk vlak is Filoktetes meer dan een metafoor. Lies is mantelzorger voor haar hulpbehoevende tienerdochter. Die worstelt met een chronische psychische problematiek, met opnames, suïcidaliteit en automutilatie, en ware het niet van het gezamenlijk lezen, dat Lies sterkt, dan zou een individuele lezing van de Griekse tragedie misschien te scherpgerand zijn. ‘Ik herken de uitzichtloosheid van het hoofdpersonage’, zegt ze. ‘Tien jaar lang wacht die vergeefs om hulp. Het doet me denken aan de wachtlijsten in de psychische zorg. Ooit reed ik in een crisissituatie met mijn dochter naar het ziekenhuis, maar er was geen bed vrij. ‘Mama, jij werkt op de cardiologie’, zei ze. ‘Als iemand daar pijn heeft aan zijn hart, mag die bij jullie blijven. Maar als ik pijn heb in mijn hart, moet ik naar huis.''

“Soms voel ik me zelf ook als Filoktetes. Het gaat in deze maatschappij altijd maar over ‘zelfzorg’, maar eigenlijk wil je gewoon dat iemand anders voor je zorgt.”

'Ik herken ook de eenzaamheid. Er rust nog altijd een taboe op psychisch lijden. Aanvankelijk krijg je veel steun, is er empathie en betrokkenheid, maar na een tijd krijg je niet meer uitgelegd waarom je dochter het nog altijd moeilijk heeft, of in deze: waarom je al zo lang op dat eiland zit. Natuurlijk zijn wij omringd door een lieve familie en fijne vrienden, maar anders dan kanker blijft een psychische kwetsbaarheid voor onze samenleving eerder ongrijpbaar. Mensen weten op de duur niet meer wat vragen en wij weten niet meer wat zeggen, terwijl onze dochter gewoon gezien wil worden, erkend, daar speelt de mutilatie een rol in. Het is verschrikkelijk eenzaam. Net zoals onze dochter ook mag zien en weten wat het met ons doet, haar ouders, haar broer, haar vrienden. Soms voel ik me zelf ook als Filoktetes. Het gaat in deze maatschappij altijd maar over 'zelfzorg', maar eigenlijk wil je gewoon dat iemand anders voor je zorgt.’

Suzanne

Haast bij iedere lezing in het Majin Huis valt haar naam: Suzanne Grotenhuis. De theatermaakster schreef met Waar zijn de wolken een boek dat veel weerklank vindt. In het boek, geschreven op een smartphone, verhaalt Grotenhuis de eerste maanden na de geboorte van haar zoon, waarmee ze elke dag door het park wandelt omdat de baby anders niet slapen kan. Terwijl de wereld om haar heen verder raast en Grotenhuis een eenzaamheid voelt die ze niet eerder ervoer. ‘Fuck loslaten’, lees je op de achterflap van het boek. ‘Fuck voor jezelf zorgen. Het is namelijk hoog tijd dat iemand anders dat doet. Zorgen.’ 

(lees verder onder de afbeelding)

© Michiel Devijver en Iedereen Leest

Lies: ‘Gewoon vertellen wat je voelt bij Filoktetes is al deugddoend. Het delen van inzichten en ervaringen is verrijkend. Literatuur is voor mij daarom echt wel levensreddend. Die zuurstof heb ik nodig om overeind te blijven. Lezen stopt de eindeloze gedachtestroom en laat me toe een andere wereld in te stappen. Misschien lees ik op zoek naar raad, wil ik weten hoe je dat doet, mens zijn. Bart Moeyaert, Annelies Verbeke, Tommy Wieringa,…: ze bieden mij een belangrijke ontsnappingsroute in dit leven, die naar de verwondering, schoonheid en troost. Net zoals non-fictieboeken over rouw me inzicht bieden in het levend verlies, de rouw die je voelt bij een chronische ziekte, iets dat er altijd zal zijn. Dat inzicht helpt me in het ziekenhuis, maar dus ook thuis.’

“Gewoon vertellen wat je voelt bij Filoktetes is al deugddoend. Het delen van inzichten en ervaringen is verrijkend. Literatuur is voor mij daarom echt wel levensreddend.”

Geur

Lies Stienissen - © Michiel Devijver en Iedereen Leest

‘Een paar jaar geleden had ik Filoktetes niet zomaar kunnen lezen, dan was de situatie te precair.’ Elke Stienissen is juriste en criminologe, en werkt voor de stad Gent. In 2015 werd Elke gediagnosticeerd met Hodgkin, een vorm van lymfeklierkanker. Ze werd continu behandeld tot mei 2019 en was ook de twee jaar nadien vrij ziek. 'Je kan zeggen dat de ziekte mijn leven een jaar of tien on hold heeft gezet. Nu gaat het best goed en is het feit dat ik Filoktetes kán lezen, een overwinning op zich. Soms lukte dat gewoon niet in het ziekenhuis. Je voelt je of te ziek, of te moe, of bent er mentaal niet klaar voor. Altijd had ik boeken bij in de kliniek, maar ik heb niet één pagina kunnen lezen. Toch waren die boeken belangrijk. Al was het maar als herinnering aan een andere wereld.'

'Literatuur is nu opnieuw belangrijk voor me. Ik lees graag Bijbelse verhalen en Griekse mythen. Niet dat ik mezelf als gelovig beschouw, maar lees je het Oude Testament, over het ontstaan van deze wereld, dan kan ik daar niet onbewogen bij blijven. Die keuze tussen goed en kwaad. In volle crisis heb ik met niet tot God gericht, maar ik heb uit de Bijbel wel geleerd om niet op te geven. Wat uiteindelijk heeft geloond. Ook De vrouwen van Troje heb ik recent graag gelezen. Prachtig boek waarin de Britse Pat Barker de Ilias hervertelt vanuit het perspectief van de vrouwen.'

'Ook Filoktetes maakt wat los. Wie of wat het ‘koor’ is in dit stuk, is zoals in alle Griekse tragedies voor interpretatie vatbaar. Ik zie er vooral de maatschappij in, de samenleving. ‘Ik begrijp niet hoe hij eenzaam als hij was (hij kon alleen de golven op de kusten horen slaan) hoe hij dit leven vol verdriet verdroeg’, is een typische uiting die bol staat van de veronderstellingen. Dat heb ik zo ervaren als patiënt: dat mensen al op voorhand een idee hebben over je situatie. Je hebt de kans niet om de samenleving zelf uit te leggen hoe je je voelt. Patiënten vertellen me dat familie en vrienden ze op de duur niet meer meevragen op restaurant, ‘want die heeft net een chemokuur gehad en zal wel erg moe en ziek zijn.’ Mensen redeneren in jouw plaats. Ze creëren een narratief voor zichzelf om de leegte te vullen.'

“Altijd had ik boeken bij in de kliniek, maar ik heb niet één pagina kunnen lezen. Toch waren die boeken belangrijk. Al was het maar als herinnering aan een andere wereld.”

'Hoewel ik me nooit echt eenzaam heb gevoeld, weet ik van veel andere patiënten dat eenzaamheid echt wel een thema is. Wie ziek is, heeft alleen nog de ziekte en de dokter-patiënt-relatie. Je maakt niks meer mee. Er zijn geen collega’s, geen feestjes, geen reizen. Op dat vlak herken ik dat eiland wel. Wat ik ook herken: de geur. ‘U verdroeg (hoe beestig ook voor u) mijn huilen en mijn stank’, zegt Filoktetes op een gegeven moment tegen Neoptolemos. Net zoals je de alcohol haast uitzweet na een avond stappen, moet je ook de chemo uitzweten. Chemo leidt tot een heel specifieke, zure lichaamsgeur. Die is zo oneigen dat je walgt van jezelf. Je leeft met een lijfgeur die je herinnert aan het vreemde in je eigen lichaam. Je verandert ook op uiterlijk vlak. In de spiegel kijken is confronterend, niet alleen omdat je haar uitvalt, maar omdat je gezicht scherper wordt. Je ziet dat je ziek bent. Het gaat nu echt beter met mij, maar ik ben op fysiek vlak iemand anders geworden.’

Hoop

Bij de opvoering van Filoktetes - © Michiel Devijver en Iedereen Leest

Week na week worden de dertig individuen een groep, zijn naamkaartjes niet meer nodig en vervelt Filoktetes tot een totem van hoop, twijfel en pijn. ‘Waar vind je als patiënt de kracht om door te zetten na je behandeling?’, vraagt Barbara. Ze is al vijftwintig jaar leverpatiënt en onderging drie levertransplantaties. Net voor het uitbreken van de pandemie behaalde Barbara een master Latijn en Spaans, en volgt nu het vak ‘literatuur en zorg’ aan de Ugent. Dat Filoktetes tien jaar met een vleeswonde uitzat op het eiland, doet haar nadenken over draagkracht: ‘Soms denk je: ach, trek de stekker er maar uit. Als patiënt ben je uiteindelijk toch vaak alleen, ook al ben je dat niet.’

Tessa: 'Het continu heen en weer geslingerd worden tussen volhouden en stoppen.'

Barbara: 'Je moet ook je eigen lichaam als het ware afgeven aan de dokters. Het behoort je niet meer toe.'

Elke: 'Er zit ook een soort opluchting in. Als Filoktetes zegt 'ik wil dood', dan laat hij even alles los. Het mag gedaan zijn voor hem. Ik herken dat enigszins, het loslaten van het continue strijden en je overgeven aan het lot. Daarna, als je je iets beter voelt, heb je weer de kracht om te strijden en neem je het weer aan. Je weet dat het een tijdelijke periode was. Pijn en uitzichtloosheid zijn cyclisch.'

Of zoals Lies het verwoordt: 'Je kan niet anders dan je hoop behouden, hoe moeilijk de omstandigheden ook zijn. Filoktetes is uiteindelijk van dat eiland gehaald. Gelukkig is hoop bijna onverwoestbaar, hoe diep je ook zit.'

Filoktetes:
Kom - we vertrekken. Laat mij snel nog afscheid nemen van dit land. Ik groet u - hol waar ik in huisde. Nimfen in de beken en de weiden. Diep gedreun van stormen rond de kaap. Ik wil u allen groeten. Dikwijls (als ik in mijn hol ging schuilen) sloeg de wilde westenwind naar binnen. Werd mijn kop kletsnat. En dikwijls hoorde ik een echo in de bergen: mijn gekrijs - zo heftig zo ellendig. Milde bron waar ik van dronk - wij moeten u verlaten. Nu meteen. Wie had dit durven hopen. Eiland Lemnos - ik zeg u vaarwel. Zorg dat ik veilig aankom op de plek waar ik moet zijn. Omdat het lot het wilde en mijn vrienden en de god die alles in de hand heeft en uiteindelijk beslist.

*De vertaling waaruit geciteerd wordt is die van Johan Boonen in ‘De Grieken: Oorlog’, van 2016.

* Filoktetes, door De Roovers, UGent en UZ Gent werd zaterdag 25/5  op het strand van het Houtdok in Gent opgevoerd in het kader van het All Greek-festival. Meer info.


Deel dit artikel:

Mis niets van Iedereen Leest