De bib als cruciale schakel voor meer leesplezier
Bibliotheken zijn cruciaal om een leesbevorderende werking uit te bouwen met partners zoals scholen en welzijnsorganisaties. Door activiteiten tijdens de Voorleesweek of Jeugdboekenmaand te organiseren, of deel te nemen aan Boekstart of de Leesjury, hebben bibs een unieke dienstverlenende functie om alle kinderen toegang te geven tot lezen en leesplezier. Met gebundelde krachten in lokale en regionale netwerken verhogen ze hun maatschappelijke impact.
Openbare bibliotheken zijn voor Iedereen Leest belangrijke partners. Ze zijn de schakel om op lange termijn een beleid rond leesplezier uit te bouwen waar alle burgers baat bij hebben. In het lokale cultuurbeleid moet de bib dan ook een prominente plaats krijgen.
Bibliotheken als baken
Vlaanderen telt meer dan 300 hoofdbibliotheken. Een gemeente kan meerdere filialen hebben, waardoor het aantal bibliotheekvestingen oploopt tot iets meer dan 600. Alle bibs registreren samen zo'n anderhalf miljoen leners met lidkaart, en de Participatiesurvey stelt dat gemiddeld een op drie Vlamingen een bezoek brengt aan de bib. Jongeren zijn het sterkst vertegenwoordigd als bibbezoeker: maar liefst 40 procent van de jongeren leent materiaal uit de bib. De omvang van dat materiaal is niet min volgens Kenniskantoor: de Vlaamse bibs bezitten samen meer dan 21 miljoen gedrukte materialen.
Bibliotheken lijken dus als instelling stevig verankerd in het Vlaamse cultuurlandschap. Toch was er enige ophef toen in 2015 de bibliotheekplicht werd afgeschaft: lokale overheden kunnen sindsdien zelf beslissen of ze een bibliotheek inrichten of niet. De vrees dat veel gemeenten hun bibs zouden sluiten, blijkt voorlopig niet uit te komen, al sloten enkele kleine vestigingen de deuren en verdwijnt her en der de functie van 'bibliothecaris' als diensthoofd. Waakzaamheid blijft dus geboden.
Een lang verhaal
Leesbevordering behoort altijd al tot de basiswerking van bibliotheken. Met een diverse collectie laat ze bezoekers proeven van literatuur en informatie, maar de bib heeft veel meer te bieden. Via haar publiekswerking ontplooit ze verschillende activiteiten rond lezen en boeken tijdens de Voorleesweek, de Jeugdboekenmaand en daarbuiten. Daarnaast zorgen auteurslezingen in de bib voor verrijkende ontmoetingen tussen auteur en lezer. Bibliotheken maken op al die manieren lezen zichtbaar.
Bibliotheken zijn de bakermat voor leesplezier. Met Boekstart investeert een bib bijvoorbeeld in beginnende geletterdheid bij de allerjongsten van nul tot drie jaar. Leesvaardigheid - een belangrijke competentie in de maatschappij - moet immers zo vroeg mogelijk gestimuleerd worden. Veel bibs hebben ook leesgroepen van de Leesjury, Vlaanderens grootste lezersjury voor kinderen en jongeren van vier tot achttien jaar. Juryleden komen samen in de bib en bespreken de gelezen boeken. Op die manier groeien ze als lezer en verruimen ze hun blik op de wereld.
Spil in een lokaal netwerk
Bibliotheken staan niet alleen in hun opdracht: samen met partners kunnen ze werk maken van een sterke leesbevordering voor de lokale gemeenschap. Ze hebben bovendien vanuit hun expertise een sterk mandaat om verschillende spelers samen te brengen en waar nodig voor afstemming te zorgen. Een dergelijk lokaal netwerk creëert meer slagkracht en kansen op doeltreffendheid dan op eigen houtje proberen te bouwen aan een zichtbaar en uitnodigend leesklimaat. Onderwijsinstellingen en welzijnsorganisaties vormen hier de ideale partner bij uitstek.
Bibs blijken goede leerlingen op vlak van netwerken: 85 procent werkt samen met basis- en secundaire scholen, drie kwart zoekt partners bij lokale verenigingen of actoren. Vier op tien bibliotheken slaan de brug naar kinderdagverblijven of buitenschoolse opvang, zo blijkt uit cijfers van Kennisportaal. In een programma als Boekstart werkt de bib dan weer samen met consultatiebureaus, Huizen van het Kind en gemeentelijke diensten.
Bib als facilitator
Intensief of structureel samenwerken met partners vraagt tijd, inzet en engagement van mensen. Dat is vaak het meest schaarse goed voor organisaties. Toch is investeren in netwerken en samenwerking over beleidsdomeinen heen - cultuur, onderwijs, welzijn en andere - nodig om samen maatschappelijke uitdagingen aan te pakken.
Leesbevordering is een verhaal van kansen creëren met gebundelde krachten en hefbomen vinden die toegang geven tot lezen en leesplezier. Organisaties hoeven niet apart aan de slag te gaan, maar kunnen via overleg en samenwerking bouwen aan een sterke leescultuur. Hoe meer bibliotheken hun verbredende rol als actieve ontmoetings- en verbindingsplaats in een lokale gemeenschap opnemen, hoe meer slaagkansen.
“Leesbevordering is een verhaal van kansen creëren met gebundelde krachten en hefbomen vinden die toegang geven tot lezen en leesplezier.”
Lerende netwerken
Naast het lokaal netwerk waar bibliotheken een voortrekkersrol kunnen opnemen, sluiten bibs zich vaak aan bij een regionaal of bovenlokaal netwerk. Samenwerken met bibliotheken uit omliggende gemeentes zorgt vaak voor hoger bereik en een gedeelde tijdsinvestering waar elke partner een engagement opneemt. Op het eind van het leesjaar bij de Kinder- en Jeugdjury bijvoorbeeld slaan bibs uit nabije gemeentes de handen in elkaar om de juryleden een sfeervol slotmoment te bezorgen waar ze auteurs en illustratoren ontmoeten en ontdekken welk boek ze tot winnaar hebben gestemd.
Behalve samenwerkingen kan bovenlokaal overleg tussen bibs zeer inspirerend zijn. Ervaringen uitwisselen, tips delen en elkaar inspireren helpt om expertise op te bouwen. Elke lokale context is uiteraard anders, maar inhoudelijk en procesmatig zijn er veel overeenkomsten tussen de leesbevorderende werking van bibs. Bovendien komen er via die lerende netwerken valkuilen naar boven die bibs kunnen vermijden. Op die manier verkleint de bib het risico op een investering zonder uitkomst en verhoogt ze haar duurzaamheid door een betekenisvolle impact te genereren voor de maatschappij.
Deel dit artikel: