De leeswereld van Ilse De Vos
'Lezen is denken met andermans hoofd’, zei Schopenhauer. Maar wat zoeken we in dat andere hoofd? Is het rust, verstrooiing, kennis? Dit is Leeswereld, een interviewreeks over de rol van lezen, over schoonheid, over taal. Deze aflevering: Ilse De Vos, coördinator van de Vlaamse AI Academy.
door Matthias M.R. Declercq
Was Ilse De Vos een dier, dan was ze ongetwijfeld een zalm. Kundig laveert ze tegen de stroom in. Het maakte haar tig keer interessanter dan een haring in de buik van een school soortgenoten. Waarom een zalm? Omdat Ilse De Vos nooit Grieks studeerde op de middelbare school en alsnog voor Latijn-Grieks koos aan de universiteit, tegen alle adviezen in om voor geneeskunde of ingenieursstudies te kiezen. Omdat ze ooit de droom had om van elke Indo-Europese taalfamilie de ‘lelijkste’ taal te leren: daarom begrijpt ze naast Latijn en Grieks ook Oudkerkslavisch, wat gebaseerd zou zijn op het Zuid-Slavische dialect van Thessaloniki. Ze spreekt ook Nieuwgrieks en Deens. Verder doet ze plots triatlons, en maakt ze deel uit van De Humaniakken, een geeky podcast over menswetenschappen.
Op de tafel liggen drie stapeltjes boeken klaar. ‘Het eerste is het intellectuele hoekje, daarnaast liggen de managementboeken en wat verder vind je Scandinavische krimi’s die ik in het Nieuwgrieks, Duits of Deens lees, om me uit te dagen.’ De classica is nu overigens coördinator van de VAIA, de Vlaamse AI Academie, een samenwerking tussen alle Vlaamse universiteiten en hogescholen, Agoria, Voka en Unizo, die zich inzet om al wie in Vlaanderen werkt bij te scholen over artificiële intelligentie. VAIA verzamelt en ondersteunt opleidingen die je helpen om de wereld van AI te exploreren. Dat is dus Ilse De Vos. Ze speelt ook dwarsfluit trouwens en gitaar. En ze heeft twee kinderen. En een man die werkt bij Google. En ze woont in Aalst. Nog vragen?
Mechanica
‘Ik ben opgegroeid in Wanzele, een dorp met meer koeien dan mensen’, zegt Ilse. ‘Lezen was een vanzelfsprekendheid in mijn jeugd. Mijn moeder werkte haar hele leven in de bibliotheek in Lede. Ik ben als het ware opgegroeid tussen de boekenrekken. Mijn grootvader was tekenaar bij de spoorwegen. Hij was ook schilder en hield van dialectologie. Voor een project van de universiteit in Gent vulde hij een lijst van woorden in het “Wanzeels” in. Dat alles toont de liefde voor lezen en taal in onze familie.’
“Lezen was een vanzelfsprekendheid in mijn jeugd. Mijn moeder werkte haar hele leven in de bibliotheek in Lede. Ik ben als het ware opgegroeid tussen de boekenrekken.”
‘Hoewel ik wel graag las, vond ik boekbesprekingen niet boeiend op de middelbare school en hield ik niet van lessen over literatuur. Later bleek ik meer van de taalkunde te houden dan van de inhoudelijke analyse. Dat je ook op een harde wetenschappelijke manier met taal kan omgaan, overtuigde mij om klassieke talen te studeren. De mechaniek, het dataonderzoek. Maar ik kon en kan natuurlijk wel echt in vervoering raken van een verhaal. Aan de UGent las ik de oude Russen, enigszins uit verplichting, maar ik hield er wel van. Het is niet zo dat ik louter naar de wiskunde van de taal keek.’
Zwijg
Ilse schreef aan de UGent een thesis over Christus wordt weer gekruisigd van Nikos Kazantzakis, een onderzoek naar de volgorde van het werkwoord, onderwerp en lijdend voorwerp in de bijzinnen van dat werk. Aan de KU Leuven behaalde ze nadien een doctoraat in de Byzantistiek, waar ze wetenschappelijke methodieken van biologen en bio-ingenieurs gebruikte om na te gaan waar een stuk tekst, die in verschillende manuscripten terug te vinden is, oorspronkelijk was ontstaan. Het is een soort stamboom die toont welke mutaties eruit zijn voortgekomen. Na de KU Leuven werkte ze als onderzoeker aan de University of Oxford, nadien aan King’s College in Londen. ‘Het oude Griekenland en de bijbehorende teksten werden me altijd beschreven als de “bakermat van het westen”, als “het begin van de democratie”, maar in Oxford was het Grieks ondergebracht in een onderzoeksgroep waarin ook het Syrisch, Armeens en Arabisch wordt onderzocht. Dat zette mij aan het denken en richtte mijn blik naar het oosten. Meer dan alleen die andere geografische blik, lees ik die oude teksten nu ook met een andere bril. Laat ik er maar Women & Power van Mary Beard (bekende Britse classica, gespecialiseerd in het Oude Rome, red.) bijhalen. Ik heb haar ontmoet toen ze van de UGent een eredoctoraat kreeg. Een fantastische vrouw die me de ogen opende. Op de beginpagina’s van Women & Power schrijft ze over de Odyssee (van Homeros), een werk dat ik goed ken. Daarin heeft Penelope, de vrouw van Odysseus commentaar op een bard die droevige muziek speelt. Haar zoon, die nog een snotneus is, zegt dan iets als: “Ma, zwijg maar en ga naar uw kamer, de mannen regelen dat hier wel.” Blijkbaar heb ik me daar als twintigjarige geen vragen bij gesteld.’
“In Oxford was het Grieks ondergebracht in een onderzoeksgroep waarin ook het Syrisch, Armeens en Arabisch wordt onderzocht. Dat zette mij aan het denken en richtte mijn blik naar het oosten.”
Holomodor
‘De blik op het oosten maakt dat ik nu een Balkanhart heb. Tot vorig jaar was ik directeur van de Humanities Academie van de UGent (een academie voor levenslang leren die vanuit de faculteit Letteren en Wijsbegeerte lezingen, opleidingen en postgraduaten aanbiedt over maatschappelijke thema’s, red.) en werkten we een jaar rond Oekraïne als grensland. Dat boeide me mateloos en verklaart waarom Rode sirenes van Victoria Belim hier ligt, een Oekraïense familiegeschiedenis. We vergeten dat de Grieken ook een geschiedenis hebben in Oekraïne. Een gelijkaardig verhaal, dat zich ook in het oosten situeert, is Paradise Lost van Giles Milton over de destructie van Smyrna (wat nu het Turkse Izmir is, red.) in 1922, een toenmalige Griekse gemeenschap onder Ottomaanse heerschappij.’
‘Die boeken brengen me iets bij. Ze schetsen een cultuur en een taal waar ik enige voeling mee heb. Dat is echt reizen in mijn hoofd. Ik wil vooral weten hoe het dagelijks leven er daar uitziet, of uitzag. Als je Grieks en Latijn studeert, krijg je echt de canon van de canon van de canon te lezen, over krijgers en goden en helden. Maar hoe was het leven op een Grieks eiland lang voor Christus? Dat wil ik weten. Je kan lezen over Stalin die Oekraïne heeft uitgehongerd begin jaren 30, waarom hij dat deed, maar hoe was het te moeten stelen van je buren? Wat doe je bij een totale hongersnood als je kinderen hebt? Zou ik ook brood stelen? Daarom is een boek als Rode sirenes zo goed, omdat je een historisch overzicht krijgt, maar ook inzicht in de gedachten en gevoelens.’
Gênant
Blijven over: de krimi’s en de managementboeken. Geheel ten onrechte gebruikt Ilse het woord ‘gênant’. ‘Soms voelt het toch alsof je je moet verantwoorden voor dat soort boeken’, zegt ze. ‘Al hoor ik dan altijd de stem van mijn moeder op de achtergrond: “’t is okee, doe maar.” Zij heeft heel veel mensen aan het lezen gezet in Lede. Ze kreeg gefrustreerde leerlingen en ouders over de vloer, maar dan reikte ze het juiste boek aan en kwam het goed. “Lezen is lezen”, zei mijn moeder. Al ging het over dino’s of las je detectives: het maakte haar niet uit. Terecht eigenlijk. Ik houd van die detectives, probeer de auteur voor te zijn en te weten hoe het zal aflopen. Het is prima ontspanning die ik lees op een e-reader. Een erfenis van werken in Londen, daar sta je op elkaar gepropt in de metro en is een e-reader veel handiger dan een papieren boek. Altijd heb ik zo’n boek bij. Op de trein, aan de tafel of in bed: niks beter dan moord en bloed.’ (lacht)
“'Lezen is lezen', zei mijn moeder. Al ging het over dino’s of las je detectives: het maakte haar niet uit. Terecht eigenlijk. Ik houd van die detectives, probeer de auteur voor te zijn en te weten hoe het zal aflopen. Het is prima ontspanning.”
REEKS: Leeswereld
‘Lezen is denken met andermans hoofd’, zei Schopenhauer. Maar wat zoeken we in dat andere hoofd? Is het rust, verstrooiing, kennis? Dit is Leeswereld, een interviewreeks van Matthias M.R. Declercq over de rol van lezen, over schoonheid, over taal.